“Wakker liggen van het piekeren verhelp je niet met een cognacje”
Naar schatting een kwart van de mensen piekert zich regelmatig suf. Voor sommigen wordt piekeren een tweede natuur, waardoor ze zich 24/7 zorgen maken. Samen met een aantal collega’s bindt psycholoog Roland Rogiers met een boek en een cursus de strijd aan tegen overmatig gepieker. “We willen zo ergere problemen zoals depressie en angst voorkomen.”
’s Nachts lijkt alles veel erger dan overdag. Tijdens slapeloze nachten groeien problemen met de omvang van een nijdig zoemende mug soms uit tot onoplosbare levenskwesties met de omvang van een volwassen olifant. Vrouwen lopen drie keer zoveel risico als mannen om hun dagen en nachten al tobbend door te brengen. Eens het piekermechanisme in gang gezet, is het lastig om het weer te stoppen. Voor ze er erg in hebben, zitten piekeraars in een vicieuze cirkel en piekeren ze zich een bult over hun gepieker.
Om de supertobbers onder ons uit hun eeuwig gedub te bevrijden, schreef de aan het UZ Gent verbonden psycholoog Roland Rogiers samen met vier andere collega’s het zelfhulpboek Loslaten – Ik pieker als ik niet tegenwoordig ben. Voor de echte diehardpiekeraars organiseert hij samen met psychiater Dirk Van den Abbeele cursussen ‘Anders omgaan met piekeren’.
Probleempiekeren
“Vroeger werd er over piekeren nogal minnetjes gedaan”, zegt Roland Rogiers. “Langdurige piekeraars werden terecht gewezen: ‘Verman je en doe niet zo onnozel.’ Nu weten we dat piekeren mensen ontvankelijker maakt voor serieuze psychische aandoeningen zoals eetstoornissen, angst of depressie. Ze worden er kwetsbaarder door. We hebben ons boek geschreven om piekeraars greep te helpen krijgen op hun getob, in de hoop dat we zo ergere problemen kunnen voorkomen. Wie veel piekert, voelt zich daar niet echt gelukkig bij. Piekeraars vinden nooit goede oplossingen voor hun gepeins waardoor ze makkelijker in de problemen blijven zitten. Hun gepieker kan er ook voor zorgen dat hun relaties onder druk komen te staan.”
Problemen lijken ’s nachts altijd groter en onoverkomelijker dan overdag omdat we ons dan in een prikkelarme omgeving bevinden. Roland Rogiers: “Tijdens het piekeren fixeren we ons op de inhoud van ons getob. In onze cursus zoeken we samen met de deelnemers uit hoe zo’n piekerproces verloopt. Piekeraars richten hun aandacht teveel naar binnen. ‘s Nachts is er weinig afleiding en hebben we sowieso de neiging ons in ons eigen hoofd terug te trekken. Als je dan midden in de nacht over iets ligt te dubben, kom je op een bepaald moment tot het besef: ‘Verdorie, ik moet morgen vroeg op. Ik zal niet genoeg geslapen hebben en er niet al te fris uit zien.’ Waarna je daarover kan beginnen tobben. Zo beland je in de vicieuze piekercirkel en ziet alles er plots heel erg donker uit.”
Pieker positief
De kunst bestaat erin op zoek te gaan naar afleiding als piekeren problematisch dreigt te worden. Roland Roegiers: “In onze cursus geven we eerst en vooral veel informatie over wat het verschijnsel piekeren nu precies is. We proberen de cursisten inzicht te geven in wat er tijdens het gepieker in hun brein gebeurt. Piekeraars moeten zich echt trainen in het verleggen van hun aandacht naar positieve gedachten. Dat kan door iets te ondernemen, maar ook door je aandacht te richten op wat je ervaart in plaats van op wat je denkt. Je probeert je aandacht dan te focussen op wat het getob ‘aanricht’ in je lichaam: je concentreert je op wat je voelt, in plaats van op je gedachtenstroom.”
Het is een slecht idee om tijdens nachtelijk gepieker in bed te blijven liggen? “Ja. Je kan best na een kwartier of een half uur opstaan en aan een vervelend karweitje beginnen: de strijk, de afwas, of verder lezen in een saai boek. Tv kijken met een lekker glas wijn of muziek luisteren met een glas cognac, is niet verstandig omdat je dan je piekergedrag eigenlijk beloont.”
Roland Rogiers en Dirk Van den Abbeele zochten voor hun antipiekercursus ook inspiratie bij de ‘positieve psychologie’. Roland Rogiers: “Er verschijnen de laatste tijd veel boeken over hoe we gelukkig kunnen worden, en soms zitten daar toch bruikbare tips in. Zo kunnen mensen zichzelf antigif tegen het piekeren toedienen door acties te ondernemen die hen het gevoel geven dat ze in overeenstemming met hun waarden leven. Een deelnemer zei bij de start van de cursus: ‘Ik ben altijd aan het piekeren of het wel zal lukken tussen mij en mijn lief. Ik vraag me voortdurend af wanneer ze me zal verlaten.’ Toen ik hem na de cursus vroeg wat hij geleerd had, antwoordde hij: ‘Dat ik mijn lief bloemen of pralines moet geven. Die cadeautjes zullen onze relatie beter in stand houden dan al dat gepieker.’”
Roland Rogiers, Eva Buytaert, Evi De Lissnyder, Marianne Hencrickx en Dirk Van den Abbeele, Loslaten – Ik pieker als ik niet tegenwoordig ben, Academia Press, 251 blz., 24 euro
Deelnemers voor de groepscursus ‘Anders omgaan met piekeren’ moeten een doorverwijsbriefje hebben van een hulpverlener of arts. Meer info: Dienst Psychiatrie UZ Gent, tel. 09.332.43. 94/95
© Jan Stevens