‘De oligarchenkliek rond Poetin kreeg het geregeld dat hun favoriete witwasser, Donald Trump, president werd’

In zijn boek Kleptopia waarschuwt journalist Tom Burgis voor een wereldrijk geregeerd door autoritaire plunderaars in maatpak. “Ook Belgische politici verkochten zich aan de kleptocraten.”

Vijf jaar lange werkte de Britse onderzoeksjournalist Tom Burgis aan het imposante Kleptopia, waarin hij een wereldwijd rijk in kaart brengt, gebouwd op corruptie en gefinancierd met gestolen gemeenschapsgeld. Met als hoofdrolspelers: dictators, fraudeurs, witwassers, ritselaars, malafide ondernemers, politici en democratisch verkozen staatshoofden. Zijn boek leverde Burgis, zijn krant The Financial Times en zijn uitgever HarperCollins een paar juridische veldslagen op met het van oorsprong Kazachse mijnconcern Eurasian Natural Resources Corporation (ENRC). “Ik kan en mag daar niets over kwijt”, zegt hij. “Elke opmerking over die rechtszaken wordt meteen door de tegenpartij opgepikt en tegen mij gebruikt.”

In Kleptopia lopen de drie miljardairs en stichters van het in Londen gebaseerde ENRC als een rode draad doorheen verhalen over grootschalige corruptie, fraude en zelfs moord. Hun namen: Alexander ‘Sasja’ Matsjkevitsj, Alijan Ibragimov en Patoch Sjodjev, alias ‘het Trio’.

De in Oezbekistan geboren Patoch Sjodjev, ook bekend als Patokh Chodiev, werd in 1997 Belgisch staatsburger op voorspraak van zijn buurman Serge Kubla, toenmalig MR-burgemeester van Waterloo. Sjodjev is een intimus van de Kazachse leider-voor-het-leven Noersoeltan Nazarbajev.

Eind 1999 openden het Belgische en Zwitserse gerecht een onderzoek naar steekpenningen die twee jaar eerder door het Frans-Belgische ingenieursbureau Tractebel zouden zijn betaald voor de uitbating van een 8.000 kilometer lange Kazachse gaspijplijn. Naar aanleiding van dat onderzoek werden Matsjkevitsj, Ibragimov en Sjodjev in verdenking gesteld voor witwassen. In de zomer van 2011 verdwenen alle klachten tegen ‘het Trio’ in de prullenmand, nadat Sjodjev een schikking van 522.500 euro onderhandelde. Hij ging de geschiedenisboeken in als de allereerste die gebruik maakte van onze verruimde wet op de minnelijke schikking.

De voorbije jaren publiceerde Tom Burgis in The Financial Times verschillende artikels over het wereldwijde schimmige wheeling and dealing van de drie ENCR-oligarchen. “Ik werd wee in mijn maag toen ik er via gerechtelijke procedures achter kwam dat ik in opdracht van het Trio geschaduwd was tijdens een ontmoeting met een informant in een Londense parkeergarage”, zegt hij. “Ik ben als internationaal actieve onderzoeksjournalist dit soort praktijken gewend in Nigeria of Kazachstan, maar niet in mijn woonplaats Londen. Ik kreeg intussen ook verschillende bedreigingen van andere mensen die in Kleptopia aan bod komen. Zo liet de advocaat van de Zimbabwaanse dubieuze zakenman Billy Rautenbach me weten dat hij me wil laten arresteren. Rautenbach was geldschieter van het bewind van wijlen Robert Mugabe. Na de val van Mobutu werd Laurent Kabila Congo’s nieuwe dictator. De Rwandezen vielen binnen en Kabila vroeg militaire steun aan Mugabe. In ruil beloofde hij de Zimbabwaanse president een deel van de opbrengst van de Congolese bodemschatten koper en kobalt. Billy Rautenbach alias ‘Mr Billy’ werd benoemd tot directeur van de Congolese staatsmijn en plunderde die vervolgens vakkundig leeg.”

De bedreigingen aan uw adres komen dus van mensen met macht en geld?

“Ja, en zo bezorgen ze me nu slapeloze nachten. Mijn onderzoek is gebouwd op zeer betrouwbare informanten en degelijk bronnenmateriaal van over de hele wereld. Blijkbaar zorgt dat voor zenuwachtigheid bij de door mij geportretteerde kleptocraten, de leiders en ondernemers voor wie macht gelijkstaat aan zelfverrijking. Het Trio wil nu via juridische weg te weten komen wie mijn bronnen zijn. Wij verzetten ons daar met man en macht tegen. Nooit zal ik hen mijn bronnen geven. Eén van die autocratische kleptocraten woont zelfs in België! Daar kunt u natuurlijk niets aan doen. (lacht)”

‘Onze’ Tractebel-affaire maakte deel uit van Kazachgate, een in een walm van corruptie afgesloten miljardendeal tussen de Franse president Sarkozy en zijn Kazachse collega Nazarbajev.

“Ook in Kazachgate speelde ‘het Trio’ de hoofdrol. Het land Kazachstan is veel minder machtig dan grote broer Rusland. De Kazachse ‘nomenklatoera’ hebben meer nood aan het uitbesteden van hun kleptocratische activiteiten aan buitenlanders dan hun Russische collega-oligarchen. Ook na de val van de Sovjet-Unie bleef Rusland een immens land met een fors militair apparaat, een stevig uit de kluiten gewassen inlichtingendienst en een industrie die volledig ten dienste bleef staan van de kleptocratische machthebbers. Tijdens de Sovjet-Unie was Kazachstan niet meer dan een buitenpost van het communistische imperium. Nazarbajev en zijn kompanen moesten van bij de start van hun wilde kapitalistische rijk in 1989 beroep doen op westerse hulp om hun nieuwe rijkdom veilig te stellen en te laten renderen. Ontzettend veel voormalige Westerse spionnen, onderzoekers en officieren bij inlichtingendiensten zagen daar brood in en boden hun diensten aan het grondstofrijke Kazachstan aan. Sommige politici in het westen verschaften de Kazachse dictator en zijn handlangers pseudo-legitimiteit. Ogen werden dichtgeknepen terwijl Nazarbajev de jacht inzette op zijn politieke vijanden.”

Die politici wisten met wie ze te maken hadden?

“O ja. We hebben het nu over mannen als ‘onze’ Tony Blair en de Duitse ex-kanselier Gerhard Schröder die vooral loopjongen speelde voor de Russen. Blair en Schröder golden als de toppolitici van hun generatie. Er gingen ook namen van Belgische politici over de tongen in het Kazachgate-schandaal, net als die van belangrijke ambtenaren. Ze verkochten zich allemaal aan de kleptocraten.”

De val van de Muur in 1989 en de instorting van de Sovjet-Unie zette een turbo op Kleptopia?

“Zeker. Toen ging de welvaart van een enorm rijk bij wijze van spreken in één oogwenk over van de staat in handen van een kleine groep individuen. De kapitalistische landen zagen dat als een buitenkans. ‘Tien minuten geleden konden we onmogelijk zakendoen met die kerels, want toen waren het nog KGB-officieren. Nu ze zichzelf businessmen noemen, is the sky the limit.’ Zo kregen machtige figuren uit het vermolmde en verdorven corrupte sovjetsysteem toegang tot ons financiële systeem met zijn aandelenbeurzen en zakenbanken. Het kapitalisme dat ze als opportunistische apparatsjiks altijd verfoeid hadden, werd onder Vladimir Poetin hun favoriete speeltuin.”

Maar het zijn niet de Russische oligarchen die aan de basis liggen van Kleptopia?

“Nee. Toen zij op het toneel verschenen, had het globale financiële systeem al heel wat ervaring in het bedienen van antidemocratische kleptocraten. De offshore-constructies om zwart geld of gestolen geld in belastingparadijzen te versluizen en verstoppen, dateren van lang voor de val van de Sovjet-Unie.

“Er is een lange traditie van rijke, democratische staten die autoritaire kleptocratische leiders tolereren zolang ze de westerse belangen dienen. Het duidelijkste voorbeeld zijn de oliestaten. Tot vandaag is olie de belangrijkste grondstof voor de wereldwijde economie. In de meeste sectoren wordt tenminste nog gedaan alsof iedereen die erin actief is zich aan de wet probeert te houden. Maar in de wereld van de olie behandelen we het tuig dat in een oliestaat de touwtjes in handen heeft, als geprivilegieerde, fatsoenlijke partners.

“Teodoro Obiang Nguema voert sinds 1979 een schrikbewind in Equatoriaal-Guinea. Hij is het schoolvoorbeeld van de moordzuchtige, hebzuchtige, criminele alleenheerser. Zijn onderdanen leven in de goorste armoede. Voor Exxon Mobil en andere oliemaatschappijen is dat al jaren geen bezwaar om lucratieve deals te sluiten met Obiang Nguema. Ze behandelen hem alsof hij de enige is die het recht heeft om de olie van Guinea te verkopen. Geen enkele weldenkende burger koopt een auto waarvan hij weet dat hij gestolen is. Maar gestolen olie kopen we probleemloos elke dag. We doen zaken met kroonprins Mohammed bin Salman van Saoedi-Arabië, de opdrachtgever voor de gruwelijke moord op de journalist Jamal Kashoggi. We kopen ook probleemloos olie uit Rusland, Kazachstan en al die andere plaatsen uit Kleptopia.”

Leverden toppolitici zoals Blair, Sarkozy en Schröder hand- en spandiensten aan buitenlandse dictators uit hebzucht?

“Dat is een interessante vraag die moeilijk te beantwoorden is. Ze begonnen allemaal hun politieke carrière als jonge mensen met idealen uit de Verlichting en eerbied voor de rechtstaat. Maar op een bepaald moment draaiden ze een knop om en werden ze slippendrager voor kleptocratische leiders. Daar verdienden ze inderdaad veel geld mee.

“Tony Blair vind ik een fascinerende en tezelfdertijd intrieste figuur. Hij is geen monster en was zeker in de beginjaren van zijn premierschap na de donkere jaren onder Thatcher een baken van hoop. Maar gaandeweg raakte zijn moreel kompas totaal op drift. Na zijn afscheid van de nationale politiek liet hij zich door de Kazachse dictator Nazarbajev miljoenen betalen voor ‘consultancyopdrachten’.”

Hij schreef ook speeches voor Nazarbajev?

“Op 16 december 2011 richtte de Kazachse politie in de oliestad Zjanaozen een bloedbad aan onder arbeiders die staakten voor meer loon en betere werkomstandigheden. De onrust sloeg over naar de rest van het land, maar Nazarbajev greep meedogenloos in. Er werden een twintigtal mensen opgepakt die ervan beschuldigd werden de aanstokers te zijn van de opstand. Ze werden gefolterd, er volgde een showproces en in juni 2012 werden de meesten veroordeeld tot jaren gevangenisstraf. Een maand later mocht Noersoeltan Nazarbajev een speech geven op de universiteit van Cambridge. Het publiek bestond uit Westerse intellectuelen. Zijn ghostwriter was inderdaad Tony Blair. Later lekte er een brief van Blair naar Nazarbajev uit. Onze ex-premier schreef: ‘Mijnheer de President, in de kwestie Zjanaozen lijkt het me de aangewezen weg om de koe bij de hoorns te vatten. U hebt al aanpassingen gedaan in de nasleep van de gebeurtenissen, maar het zou te betreuren zijn als dit incident, hoe tragisch ook, de enorme sprongen die Kazachstan heeft gemaakt in de schaduw zou stellen. De door mij voorgestelde benadering is toegesneden op de westerse media.’ Waarna Blair de Kazachse dictator leerde hoe hij zijn westerse ‘vrienden’ stroop om de mond moest smeren.”

Een van de meest intrigerende figuren uit uw boek vind ik de Russisch-Amerikaanse projectontwikkelaar Felix Sater, vriend en fixer van Donald Trump.

“Daar ben ik het helemaal mee eens. (lacht) Vóór Trump tot president verkozen werd, hield Felix Sater zich intensief bezig met het effenen van het pad voor de bouw van een Trump Tower in Moskou. Hij is in 1966 in de Russische hoofdstad geboren als zoon van een gangster. Hij werd projectontwikkelaar in New-York en ontpopte zich tot een gewelddadige fraudeur. In zijn jonge jaren deinsde hij er niet voor terug om in de kroegen van Manhattan tegenstanders toe te takelen met gebroken borrelglazen. Hij voorzag de FBI ook van informatie over de maffia van New York en hielp de CIA aan zeer waardevolle achtergrondinformatie over Osama bin Laden. Nogal wat Amerikaanse veiligheidsexperts hebben zeer sterke vermoedens dat Sater die kreeg van de Russische geheime dienst FSB.”

Felix Sater is een ‘dubbelspion’?

“Hij is niet in dienst van een Russische geheime dienst, maar kent er veel mensen en biedt hun graag zijn ‘diensten’ aan. Hij is een briljante navigator in de kleptocratie. Hij verleende hand- en spandiensten aan kleptocraten met het injecteren van een deel van hun verbrand fortuin in de Amerikaanse economie. Vastgoed is zijn specialiteit en hij werkte in New York zeer nauw samen met Tevfik Arif, de Kazachse oprichter van het vastgoedfonds Bayrock Group.”

Sater was een witwasser op grote schaal?

“Daar kwam het op neer, ja. Hij versaste geld vanuit de voormalige Sovjet-Unie naar de Amerikaanse rechtstaat en waste zo niet alleen de fortuinen van kleptocraten wit, maar poetste ook hun blazoen op en verschafte hen toegang tot de democratische bovenwereld.

“De New Yorkse vastgoedwereld is ideaal voor grootschalige witwasoperaties. Vastgoedmagnaat Donald Trump paste perfect in het plaatje. Want de westerlingen waar kleptocraten uit Azië of Afrika graag beroep op doen, moeten kwetsbare figuren zijn. Ideaal zijn de narcisten die er alles voor over hebben om door iedereen bejubeld te worden.

“Toen Sater en Trump elkaar in 2001 leerden kennen, zat Trump in zeer grote geldnood. Hij had de vastgoederfenis van zijn vader zo goed als verkwanseld en torste een miljardenschuld. Sater zorgde voor een toevloed van vuil geld van kleptocraten uit Kazachstan en Rusland. Donald Trump bouwde er wolkenkrabbers mee, sommige van zijn projecten gingen failliet, maar dat was geen probleem. Zolang hij maar roofbuit bleef omzetten in proper kapitaal. Een tijdlang mocht Felix Sater zich ‘senior advisor van Donald Trump’ noemen.”

Wist Trump dat zijn vastgoedprojecten gefinancierd werden met vuil geld uit de voormalige Sovjet-Unie?

“Hij heeft daar nooit vragen over gesteld. Dat systeem hield jaren stand. Trump werd intussen wereldberoemd in Amerika met zijn tv-programma The Apprentice, waarin hij de rol speelde van de succesvolle tycoon. Zo werd hij de verpersoonlijking van wat een kleptocraat is: een dief die zich vermomd als bonafide ondernemer of staatsman. En die er ook alles aan doet om zijn medemensen ervan te overtuigen dat zijn alternatieve wereld dé werkelijkheid is.

“Na Trumps eerste verkiezing tot president in 2016 zochten de media maandenlang intensief naar de smoking gun dat de Russen de verkiezingen in het voordeel van Trump had proberen beïnvloeden. Ik hield me daar toen ook intensief mee bezig.”

Tevergeefs?

“Toen leek dat zo, maar intussen weet ik beter. Want die link is er wel degelijk en wordt verpersoonlijkt door Felix Sater. In november 2015 voerde Trump campagne voor de Republikeinse nominatie. Sater zat toen in Moskou om het pad te effenen voor de Russische Trump Tower. Hij stuurde een mail naar Michael Cohen, de later in ongenade gevallen persoonlijke advocaat en manusje-van-alles van Trump. ‘Onze man kan president van de VS worden, buddy, en wij zitten aan de knoppen’, schreef Sater. ‘Ik zorg dat Poetins hele team hierachter staat, ik regel het van deze kant.’ In de handen van Sater werd presidentskandidaat Trump een speelbal van de Russische kleptocratie. Er werden geen KGB-spionnen ingeschakeld zoals ten tijde van de Koude Oorlog. De oligarchenkliek rond Poetin probeerden het via Sater zo te regelen dat hun favoriete witwasser president werd van de VS.”

Wat ook gelukt is.

“Precies. Toen Trump aan de macht kwam, regeerde hij als een autoritaire kleptocraat en vormde hij zelfs een wereldwijde alliantie van kleptocraten. Kijk maar naar wie zijn bondgenoten waren of wie hij het hof maakte: Kim Jong-un, Vladimir Poetin, Rodrigo Duterte, Viktor Orban, Jair Bolsonaro en niet te vergeten Mohammed bin Salman. Trump maakte de grootste democratie van deze wereld tot voorzitter van het ‘wereldverbond van kleptocraten’. De manier waarop hij de laatste verkiezingen probeerde te stelen, is typisch voor dictators uit Kleptopia. Want kleptocraten kúnnen geen verkiezingen verliezen. Denk maar aan Poetin.”

Kleptopia leest als een thriller van John Le Carré. U bent niet bang dat de literaire stijl de geloofwaardigheid van uw boek ondermijnt?

“Nee. Die keuze voor literaire non-fictie nam ik zeer bewust. Veel boeken en artikels over versluisd geld en corruptie zijn saaie verhandelingen over banken en zakenkantoren op de Maagdeneilanden, of over gecompliceerde offshoreconstructies en gesofisticeerde shellmaatschappijen. Het lijkt allemaal te ingewikkeld, waardoor mensen afhaken vooraleer ze tot de kern van de zaak komen: het stuitende onrecht dat kleptocraten hun medemensen aandoen. Journalisten zoals ik die daar op een bevattelijke wijze over proberen te schrijven, krijgen dan nog eens de duurste advocaten op hun dak. De enige bedoeling is: ons intimideren, zodat we onze mond houden. Maar ik zal blijven schrijven over wie die kleptocraten zijn, hun beweegredenen en de impact van hun daden.

“Ik was lang correspondent in Afrika. Ik bezocht landen zoals Equatoriaal-Guinea die leeggevreten zijn door de corruptie en waar de kinderen voor je ogen van de honger creperen. Ik interviewde dan soms de olieminister die miljoenen gemeenschapsgeld achterover had gedrukt. Ik herinner me dat ik aan de minister van Angola vroeg: ‘De armoede in uw land is toch stuitend?’ Hij antwoordde met een trillende stem: ‘O ja, die ellende breekt mijn hart.’ Alsof hij daar geen enkele verantwoordelijkheid voor droeg.”

Tom Burgis, Kleptopia, HarperCollins, 368 blzn, 22,99 euro

Bio

  • Geboren in 1982
  • Studeerde Engels en literatuur aan de universiteit van Londen
  • Was jarenlang correspondent voor de Financial Times in Zuid-Amerika en Afrika
  • Schrijft als onderzoeksjournalist voor The Financial Times over corruptie, terrorisme en vergeten conflicten
  • Schreef in 2015 het boek The Looting Machine over corruptie in Afrika

© Jan Stevens

Vergelijkbare berichten