‘Elon Musk moet van Mars afblijven’
Onder leiding van professor Veronique Dehant vliegt België samen met de NASA en de ESA op verkenning naar Mars. ‘We willen weten waarom die ooit levende planeet nu zo dood als een pier is. Zo leren we misschien ook iets bij over de evolutie van de aarde.’
In 1993 stapte de briljante jonge astro- en geofysicus Veronique Dehant voor het eerst de imposante gebouwen van de Koninklijke Belgische Sterrenwacht (KBS) in Ukkel binnen. Vandaag leidt ze er de dienst ‘Referentiesystemen en planetologie’ en geldt ze wereldwijd onder vakbroeders als een autoriteit in de studie van de rotatie van de aarde. Aan de UCL doceert ze astronomie en geofysica en leidt ze het Center for Space Radiations. Op zaterdag 5 mei woonde ze op de luchtmachtbasis Vandenberg in Californië de vlekkeloze lancering bij van de NASA-ruimtesonde InSight. Als alles goed gaat, zal de InSight in november op Mars landen, om daarna twee jaar lang het inwendige van de rode planeet te onderzoeken.
‘Wij helpen op de KBS met de verwerking en de interpretatie van de gegevens’, zegt professor Dehant. ‘De kernvraag van deze missie is: waarom is er niet langer leven op Mars? Want ooit was dat wél het geval. Leven wordt pas mogelijk als er energie, voedingsstoffen en vloeibaar water beschikbaar zijn. Ooit waren die drie voorwaarden op Mars vervuld. Tussen 4,6 miljard en 3,5 miljard jaar geleden, na het ontstaan van het zonnestelsel, bulkte de planeet zelfs van het water. Op foto’s die vanuit andere ruimtetuigen gemaakt zijn, kun je heel duidelijk de sporen zien die het stromende water er achterliet, met uitgedroogde rivierbeddingen en -delta’s. Door het inwendige van de planeet te onderzoeken, hopen we inzicht te krijgen in de evolutie van terrestrische of aardachtige planeten zoals Mars, Venus, Mercurius én de aarde.’
Nu is de planeet Mars dood, maar miljarden jaren geleden was ze springlevend?
Veronique Dehant: Precies. En wij willen begrijpen waarom ze van levend naar dood geëvolueerd is. We zoeken antwoorden op vragen als: hoe kan een atmosfeer rond een planeet ontstaan, maar ook weer verdwijnen? Alles wat aan de oppervlakte van de planeet gebeurt, is verbonden met wat er zich binnenin afspeelt. Vandaar onze missie InSight, wat staat voor ‘Interior Exploration using Seismic Investigations, Geodesy and Heat Transport’.
Kan u die link tussen het inwendige en uitwendige van Mars eens heel concreet maken?
Dehant: Elke planeet die een vloeibare, stromende kern heeft, heeft ook een magnetisch veld. Onze aarde is daar een mooi voorbeeld van. Dat magnetisch veld beschermt ons tegen zonnewinden die onze atmosfeer oplossen. Zonder dat veld zou onze atmosfeer zelfs totaal kunnen verdwijnen. Onder andere dankzij de innerlijke vloeibare toestand van de kern van de aarde zitten wij hier nu dus met elkaar te praten. Onze studie van het innerlijk van Mars kan ons meer inzicht geven in de werking van de atmosfeer en het magnetische veld.
De aardkorst bestaat uit grote tektonische platen. Vlak onder de korst ligt de aardmantel. De platen en het oceaanwater bewegen in en over de mantel, oefenen zo rechtstreeks invloed uit op de werking van vulkanen en veroorzaken ook aardbevingen. Op Mars is geen platentektoniek, want de korst bestaat uit een gigantische ‘monoplaat’. Doordat er op Mars geen tektoniek is, kun je bij wijze van spreken de hele geschiedenis van ons zonnestelsel van die planeet aflezen. Op het oppervlak liggen kraters die 4,5 miljard jaar oud zijn. Door dit onderzoek zullen we dus meer te weten komen over de evolutie van aardachtige planeten en over ons zonnestelsel. Maar ook al is Mars een buurplaneet, ze verschilt toch grondig van de aarde. We kunnen dus niet zomaar aan de hand van onze bevindingen op Mars de toekomst van onze eigen planeet voorspellen.
De InSight wil onder andere Mars-bevingen registreren, maar zijn die eigenlijk wel mogelijk als er geen platentektoniek is?
Dehant: Dat vormt precies ook onderdeel van ons onderzoek. Waar we zeker van zijn, is dat sommige bevingen veroorzaakt worden door meteorietinslagen. De InSight heeft een seismometer die àlle mogelijke bevingen zal vastleggen. De resultaten zullen ons meer leren over de verhouding tussen de mantel en de korst. De InSight heeft nog twee andere meetinstrumenten aan boord: een boor en een radiozender en -ontvanger. Met de boringen in het Marsoppervlak meten we de temperaturen tot vijf meter diep. Zo kunnen we de warmteoverdracht van de kern naar de oppervlakte in kaart brengen. Vanop de aarde zullen we radiosignalen naar Mars sturen. De twee antennes op de InSight zullen die capteren en meteen naar ons terugsturen. Wij meten dan het dopplereffect. Dat kan ons iets leren over de beweging van Mars, net zoals het de politie bij radarcontroles iets leert over de snelheid van voorbijrijdende auto’s. (lacht)
Hoelang zal de Insight-missie duren?
Dehant: Minstens één Marsjaar of twee aardjaren. De aarde draait in 1 jaar tijd rond de zon en Mars doet daar twee jaar over. Wie een ruimtetuig naar Mars wil sturen, moet daar het juiste moment voor afwachten. Dat zogenaamde ideale lanceervenster is er om de twee jaar en duurt ongeveer één maand. Dit jaar hadden we de hele maand mei tijd om de InSight te lanceren. Dit is trouwens niet het eerste tuig dat naar Mars gestuurd wordt. Sinds de jaren zestig van de vorige eeuw vlogen verschillende sondes richting Mars. De meesten namen foto’s of onderzochten het oppervlak van de planeet. In het begin van deze eeuw zette de NASA twee zogenaamde rovers of onbemande robotwagens op Mars. De Spirit en de Opportunity stuurden beelden van de gesteenten door die ze onderweg tegenkwamen.
Hoe raakte u bij het Mars-onderzoek betrokken?
Dehant: Door mijn specialisatie: ik hou me bezig met het bestuderen van de rotatie van de aarde. Hebt u ooit al eens een rauw en een gekookt ei op tafel rondjes laten draaien? U zal zien dat ze verschillend roteren. De rotatie vertelt ons iets over de kern van het ei: of die vast is of vloeibaar. Hetzelfde geldt voor planeten: hun rotatie geeft veel informatie over de toestand van hun diepste kern. Is hij vast of vloeibaar?
Ikzelf droomde al lang van een missie zoals InSight. Samen met de European Space Agency (ESA) hadden we daar een tijd geleden ook plannen voor gemaakt. Maar het binnenste van Mars was toen nog niet sexy genoeg, eerst wilden ze het oppervlak bestuderen. We raakten niet aan fondsen en daarom zochten we contact met de collega’s van de NASA. Zij kregen het hele InSight- project wel rond.
Wetenschappelijk ruimteonderzoek moet dus sexy zijn of het raakt moeilijk gefinancierd?
Dehant: Het helpt als er ruimere belangstelling is. Een paar jaar geleden was het wereldnieuws toen de NASA sporen van vloeibaar water op Mars gevonden meende te hebben. Later viel die vondst lelijk tegen, toen het zogenaamde stromende water droog zand bleek te zijn. Het grote publiek wou ook zo graag dát er water op Mars gevonden werd. ‘Waar is het water?’ Het motto van het Mars Exploration Program van NASA begin deze eeuw was: ‘Follow the water’. Want water op het oppervlak betekende bijna automatisch: leven. Tot hiertoe is dat leven nog niet gevonden. Integendeel: het besef groeit dat Mars zo dood als een pier is. Wat niet wil zeggen dat er helemaal geen vloeibaar water te vinden zou zijn. Dat blijft nog steeds mogelijk.
En microscopisch kleine levende organismen?
Dehant: Ik denk het niet. De ExoMars-missie van de ESA zal in 2020 een rover op Mars brengen die met boringen in het oppervlak op zoek zal gaan naar fossielen, overblijfselen van vroeger leven. Ooit was er veel water; de kans is reëel dat er dan leven was. Wij werken ook mee aan die ExoMars-missie. Samen met het ruimtebedrijf AntwerpSpace bouwen we nu het instrument LaRa, Lander Radioscience, een zender en ontvanger waarmee we vanaf 2020 hier op de Koninklijke Sterrenwacht de rotatie van Mars zullen kunnen bestuderen. We hebben daar pas alle officiële documenten voor in orde gemaakt, samen met onze partners van het Russische ruimtevaartagentschap Roscosmos.
In het heelal is de koude oorlog dus definitief voorbij en gelden er geen sancties tegen het beleid van Vladimir Poetin?
Dehant: De Russische wetenschappers met wie ik rechtstreeks contact heb, zijn heel aardige mensen. We praten niet over politiek: ze willen alleen maar met hun wetenschap bezig zijn. Maar het is niet altijd even makkelijk om met hen samen te werken. De ESA is voorzichtig en test op voorhand alles goed uit. Maar de Russische wetenschappers hebben een andere mentaliteit: they just go for it. Vaak halen ze hun deadlines niet en dat is soms frustrerend. De laatste Russische missie naar Mars, de lancering van het ruimtetuig Fobos-Grunt in 2011, draaide uit op een mislukking. Ik hoop dat de ESA een positieve invloed op de Russen heeft, maar zeker ben ik daar niet van. LaRa zal geïnstalleerd worden op een Russisch platform en ik pendel nu heen en weer tussen Brussel en Moskou. Er worden soms lastige discussies gevoerd. Mijn Russische collega’s van Roscosmos moeten maanden wachten op beslissingen van hogerhand. Waarom dat zo moeizaam verloopt, weet ik niet. Ze praten daar niet graag over, maar zitten er wel erg mee verveeld. Ze staan te popelen om in actie te schieten, maar kunnen niet voluit gaan omdat ze er de middelen niet voor hebben.
Verloopt de samenwerking met de Amerikanen van NASA ook zo moeizaam?
Dehant: Nee, dat gaat even vlot als samenwerken met de ESA. Zij hebben solide procedures en werken grondig en secuur. België is klein en kan financieel geen complete missie aan. Daarom werken wij graag onder de vleugels van de NASA of de ESA.
Het is belangrijk dat u ook een goede lobbyist bent?
Dehant: Niet echt, maar het helpt wel als je een goede wetenschappelijke naam hebt. Je moet een uitstekende reputatie hebben, anders kan je het schudden. ESA besliste wie welk onderdeel van ExoMars mocht leiden. De selectie verliep zeer streng. Ze hebben mijn cv grondig onder de loep genomen, net als onze plannen voor LaRa. Vervolgens moest de Belgische overheid haar zegen geven, want zij staat in voor de financiering van ons project.
InSight is goedgekeurd toen in Amerika Barack Obama nog aan de macht was. Het lijkt alsof de huidige president Donald Trump de erfenis van zijn voorganger zoveel mogelijk wil uitwissen. Merkt u iets van die nieuwe politieke toestand?
Dehant: Helemaal niet. Ik hoor daar ook geen verontrustende berichten over van NASA-wetenschappers. Het ruimteonderzoek zal meer dooreen geschud worden door de komst van private ondernemers.
Omdat privé-investeerders andere bedoelingen hebben dan overheidsinstellingen: zij willen dat hun investeringen renderen?
Dehant: Ja, maar er speelt ook nog iets anders: zij dromen van koloniseringsreizen door het heelal. Ik hou daar niet van. Kerels zoals Elon Musk moeten van mijn planeet afblijven. (lacht) Ik hou niet van al die plannen om planeten te koloniseren, inclusief de maan. Ik weet ook wel dat we ons in het verleden op onze eigen planeet als kolonisatoren gedroegen. Maar in plaats van nu op identieke wijze de ruimte te koloniseren, moeten we ze exploreren. Dat wil niet zeggen dat er in de verre toekomst nooit basissen gebouwd mogen worden waar wetenschappers onderzoek kunnen voeren. Maar Mars of de maan koloniseren en er onze vlag planten, gaat regelrecht in tegen mijn wetenschappelijke inborst. Ik wil onderzoeken en begrijpen, niet veroveren. Wij zijn altijd heel voorzichtig als we de ruimte ingaan en letten er op dat we nooit afval achterlaten. Wij willen Mars echt niet vervuilen.
We worstelen hier op aarde al decennialang met het probleem van het nucleaire afval. Het zou me niet verwonderen dat er ergens plannen liggen te rijpen om dat ooit naar Mars te verschepen.
Dehant: Dat afval is inderdaad een heel groot probleem waar we ooit een oplossing voor zullen moeten vinden. Maar ik hoop uit de grond van mijn hart dat het nooit gedumpt wordt op Mars. Ze moeten écht met hun fikken van mijn planeet afblijven. (lacht)
De Nederlandse stichting Mars One wil in 2026 vier mensen naar Mars sturen. Is dat een waanzinnig plan?
Dehant: Weet u wat ik er waanzinnig aan vind? Dat het een enkele reis is. Die mensen zullen nooit terugkeren en ik vind dat ethisch onverantwoord. Je kan toch geen mensen naar een planeet sturen, goed wetende dat ze er na een paar jaar zullen sterven?
Dat is toch hun eigen keuze?
Dehant: Dan nog kunnen we dat niet zomaar laten gebeuren. Kijk, het is nu al perfect mogelijk om op Mars een basis te bouwen waar mensen kunnen overleven. Alleen hebben we niet de technologie om ze te laten terugkeren. Ik heb geen bezwaar tegen een bemande ruimtereis naar Mars, op voorwaarde dat we de middelen en mogelijkheden hebben om terugvluchten te organiseren. Ik begrijp niet waarom die mensen nu willen vertrekken, in het volle besef dat ze gedoemd zijn om daar dood te gaan.
Als ze u als wetenschapper een reis naar Mars aanbieden, wijst u die vriendelijk af?
Dehant: Zonder twijfel, er is op dit moment geen enkele reden te verzinnen waarom ik zou gaan. We kunnen ons Mars-onderzoek door robots laten uitvoeren. Wat niet wil zeggen dat ik iets tegen ontdekkingsreizigers heb. Mijn goede vriendin Vinciane Debaille voert aan de ULB wetenschappelijk onderzoek naar het ontstaan van ons zonnestelsel. Zij is zo’n échte ontdekkingsreiziger en wil plekken verkennen waar nooit iemand eerder was. Zij wil graag de ruimte in, op voorwaarde dat ze kan terugkeren. Voor reizen naar Mars zal dat nog wel even duren. De eerste stap zal zijn dat we bodemmonsters van daar naar hier brengen. NASA en ESA hebben onlangs een akkoord gesloten om daar hun krachten rond te bundelen. De volgende stap zal dan transport van mensen zijn.
Is er ergens in ons zonnestelsel nog leven mogelijk?
Dehant: Ja, al zal dat leven cellulair zijn: bacteriën die de kosmische straling kunnen doorstaan. Ik denk dan aan wezentjes zoals onze beerdiertjes. Ze zijn amper 0,1 tot 0,5 mm groot en zijn bestand tegen langdurige koude, droogte en warmte. Het zijn de meest veerkrachtige levende wezens op aarde. Het enige wat ze nodig hebben, is energie, vloeibaar water en voedingsstoffen. De maan Europa van de planeet Jupiter is een interessante kandidaat voor leven in de vorm van beerdiertjes. Europa heeft een ijle atmosfeer met zuurstof en onder de korst bevindt zich vermoedelijk een oceaan die misschien in contact staat met rotsgesteente. Als die hypothese klopt, zijn er automatisch voedingsstoffen voorhanden.
Is het mogelijk dat er ergens in het heelal wezens leven die minstens evenveel verstand hebben als wij?
Dehant: Dat kan. Zij bevinden zich dan vermoedelijk veel te ver van ons vandaan om hen te kunnen observeren. Sinds de jaren negentig ontdekken we met de hulp van sterke telescopen steeds meer exoplaneten. Dat zijn planeten die niet rond onze zon, maar rond andere sterren draaien. Een aantal van die exoplaneten bevinden zich ten opzichte van hun ster op levensvastbare plekken. Dus ja, de kans bestaat dat er nog ergens een planeet zoals de aarde is. Maar ik focus me liever op ons zonnestelsel, want we raken toch nooit tot in die andere sterrenstelsels.
Zouden we het vele belastinggeld dat naar ruimtereizen zoals de InSight en ExoMars gaat niet beter investeren in wetenschappelijk onderzoek op aarde?
Dehant: Laat er geen misverstand over bestaan: we moéten investeren in onderzoek naar onze eigen planeet. Maar we moeten ook blijven investeren in ruimteonderzoek, want dat levert ons op technologisch vlak heel wat op. Wij ontwikkelen ruimtetechnologie die later misschien de basis is voor aardse toepassingen. Teflon is zo’n succesvolle spin-off van het Amerikaanse ruimtevaartprogramma.
Is ruimtewetenschap een mannenwereld?
Dehant: De ingenieurs zijn vooral mannen. Maar onder de wetenschappers is de verhouding tussen mannen en vrouwen in evenwicht. Er zitten heel wat vrouwen in mijn team.
Reizen naar Mars neemt veel tijd in beslag. U bent als wetenschapper gericht op de lange termijn?
Dehant: Zeker, deze twee missies kunnen me zelfs nog overleven. (lacht) Ik heb nog zeven jaar te gaan voor ik op pensioen moet. Gelukkig heb ik jonge collega’s die uitstekend werk leveren. Die lange termijn is soms lastig. Toen ik LaRa voor het eerst voorstelde, was dat nog een heel abstract idee. Ik moest op dat moment een instrument verdedigen waar niets concreets van voorhanden was.
De theorie kan in de praktijk niet blijken te werken.
Dehant: Dat risico is niet zo groot omdat de theorie zowel bij NASA als bij ESA op voorhand sterk wordt doorgelicht en uitgetest. Maar op het moment dat InSight de lucht inging, hadden wij er als wetenschappers al veel tijd én stress in geïnvesteerd. Als we in 2020 ExoMars de ruimte insturen, zal de stress opnieuw door mijn lijf gieren. Eigenlijk is mislukken geen optie, want dan is alles wat we ontwikkeld hebben voor niets. Of dan moeten we van nul herbeginnen, en dat zie ik eerlijk gezegd niet meteen zitten.
Maar de kans op mislukking is reëel? De InSight kan bij de landing in november crashen en de ExoMars kan bij de lancering in 2020 exploderen.
Dehant: Daar moet ik rekening mee houden. De vorige ExoMars-missie dateert van mei 2016. De toen volledig nieuw ontwikkelde landingsmodule Schiaparelli crashte in oktober van datzelfde jaar bij de landing op Mars. InSight kost 450.000 dollar en is goedkoper dan de Schiaparelli. Niet omdat InSight uit minderwaardige materialen gebouwd is, maar omdat het een perfecte kopie is van de ‘oude’ sonde Phoenix. Die landde in 2008 probleemloos op Mars. Ik heb er dus goede hoop op dat de landing straks ook zal lukken en dat we champagne zullen kunnen drinken. En als het toch misgaat, drinken we champagne als troost. (lacht)
Veronique Dehant
- 1959 geboren in Brussel
- 1977-1982 studeert wiskunde en fysica aan de UCL
- 1982-1986 doctoreert in de geofysica aan de UCL
- Sinds 1993 wetenschappelijk onderzoeker en hoofd van de dienst ‘Referentiesystemen en planetologie’ aan de Koninklijke Belgische Sterrenwacht in Ukkel
- Sinds 1998 professor astronomie en geofysica aan de UCL
(c) Jan Stevens