Hoe één verkeerde tweet je leven kan verwoesten
Anno 2016 is de publieke schandpaal terug. Hij staat niet meer op het dorpsplein, maar op het internet en heet Twitter. Jon Ronson zocht slachtoffers op van die virtuele schandpaal. ‘Publieke vernedering duwt gevoelige zielen compleet de dieperik in.’
In de zomer van 2012 leest freelancejournalist Michael Moynihan de bestseller Imagine: How Creativity Works van de op dat moment razend populaire wetenschapsjournalist Jonah Lehrer. In het hoofdstuk Bob Dylan’s brain beschrijft Lehrer aan de hand van interviewfragmenten hoe Bob Dylan halverwege de jaren zestig na een zware creatieve dip zijn meesterwerk Like a Rolling Stone componeerde. Moynihan is een Dylan-kenner en heeft meteen twijfels over verschillende aan de meester toegeschreven citaten. Hij trekt op onderzoek uit, ziet zijn vermoedens bevestigd en mailt Lehrer. Die reageert in eerste instantie vriendelijk, belooft na te kijken waar hij Dylans uitspraken vandaan heeft, maar raakt na een tijd verstrengeld in zijn eigen leugens. Op 30 juli 2012 verschijnt in Tablet Magazine Michael Moynihans artikel waarin hij haarfijn Jonah Lehrers bedrog uit de doeken doet. Diezelfde dag neemt Lehrer ontslag bij The New Yorker waar hij zeven weken eerder nog met veel toeters en bellen was binnengehaald. Hij duikt onder en krijgt de hele Twitter-gemeenschap over zich heen. ‘Die vent is zo’n ontiegelijke opschepper dat het gewoon zalig is om hem vernederd te zien worden’, schrijft de ene. ‘Geef de royalty’s van je boek nog maar niet uit, slappe zak, want je zult het geld hard nodig hebben’, tikt de andere.
Rond die tijd verhuist de Britse journalist en schrijver Jon Ronson met zijn gezin van Londen naar New York. ‘Ik kreeg er snel heimwee en raakte gedeprimeerd’, zegt hij. ‘In New York was ik een nobody. Toen ik zag hoe Jonah Lehrer publiekelijk aan de schandpaal genageld werd, voelde ik verwantschap. Hij faalde in het leven, net zoals ik op dat moment het gevoel had dat ook ik aan het falen was.’
Ronson zocht contact met Lehrer. ‘Ik had gelezen dat hij alle interviews weigerde. Ik was dan ook verrast toen hij op mijn mailtje reageerde.’ Hun mailverkeer resulteerde in lange gesprekken over mislukken en de gevolgen van publieke vernedering. Begin 2013 vroeg Lehrer aan Johnson of hij zijn ‘verontschuldigingsspeech’ wilde nalezen. ‘Hij had besloten om publiekelijk zijn excuses voor zijn fraude aan te bieden op een journalistencongres. Zijn voordracht werd live gestreamd op het internet.’
Die toespraak bleek een grandioze vergissing, want Lehrers onlinecritici schakelden nog een paar versnellingen hoger.
Jon Ronson: Ja. Daar kwam bij dat hij 20.000 dollar kreeg om die speech te houden. Dat was oliedom, maar Jonah had het geld nodig, want op dat moment was hij geruïneerd. Veel mensen oefenden kritiek uit op de manier waarop hij zich verontschuldigde. Hij noemde de menselijke hersenen ‘een confabulatiemachine’, en het leek alsof hij de schuld van zich afschoof. Achteraf zei hij me: ‘Ik kon alleen op die manier spreken, want zo werkt nu eenmaal mijn brein.’ Zijn spijt werd door de verzamelde twitteraars geïnterpreteerd als onversneden arrogantie.
Terwijl hij zich stond te verontschuldigen, werden achter zijn rug alle reacties van twitteraars geprojecteerd.
Ronson: Pure horror. ‘Jonah Lehrer is een freaking sociopaat.’ ‘Voor 20.000 dollar wil ik ook wel opbiechten dat ik een vieze vuile leugenaar ben.’ ‘Hij bewijst nu dat hij niet in staat is om schaamte te voelen.’ De meest wanstaltige onzin zag je verschijnen. Wat weten doorsnee twitteraars over het vermogen van Lehrer om zich beschaamd te voelen? Alsof ze eersteklas psychiaters zijn.
#femkevandendriessche
Zaterdag, 30 januari. De 19-jarige beloftevolle Femke Van Den Driessche schrijft geschiedenis door als eerste wielrenner ooit betrapt te worden op mechanische doping. Op het wereldkampioenschap veldrijden in Zolder wordt in een van haar fietsen een elektrisch motortje gevonden. Op Twitter steekt meteen een storm op. ‘Dom kalf #femkevandendriessche’, tweet een senior communications consultant. ‘Wat een stomme trien die #femkevandendriessche’, vult Geert, ‘criticaster over Jan en alleman, vooral over politiekers, de meesten bakken er toch niks van’, aan.
‘De sociale media maken het mogelijk dat elke ‘overtreder’ meteen aan de schandpaal genageld wordt’, zegt Jon Ronson. ‘Nu is het de beurt aan Femke Van Den Driessche die hoogstwaarschijnlijk fraude probeerde te plegen; een half jaar geleden kreeg tandarts Walter Palmer de volle laag voor het doodschieten van de leeuw Cecil. Er zijn wel meer renners die zich bezondigen aan doping en er zijn wel meer jagers op groot wild die overtredingen begaan. Zij krijgen nooit de toorn van de sociale media over zich heen. Waarom de ene wel en de andere niet? Dat blijft een raadsel.’
Is het een vorm van massahysterie?
Ronson: Nee, het is meer voer voor ingenieurs dan voor psychologen. Op sociale media omringen we ons met gelijkgezinden, met mensen die zich hetzelfde voelen als wij. We keuren elkaars meningen goed en creëren zo een artificiële vorm van gelijkheid. Als iemand in onze ogen dan iets ‘verkeerd’ doet, is het alsof de hele machine gedestabiliseerd wordt. Er zit een motortje in een fiets die misschien van Femke Van Den Driessche is. Ze zorgt voor een kink in de kabel en iedereen wordt gek.
Van Jonah Lehrer weten we zeker dat hij in de fout ging. Dat geldt ook voor Perdiep Ramesar, de jonge, gelauwerde journalist die in 2014 een reeks artikels over de radicale islam uit zijn duim zoog, en voor Geerlof de Mooij, een jonge, beloftevolle stagiair die vorig jaar een aantal artikels plagieerde. Ze werden allemaal op Twitter kop van Jut, ook bij vakbroeders.
Ronson: Terwijl zoiets elke journalist kan overkomen. Eigenlijk kan zowat iedereen in elke stiel het danig verknoeien. Wie dan de pech heeft dat de sociale media hem in het vizier krijgen, is een vogel voor de kat. Naast de voorbeelden die jij geeft, zijn er nog tal van jonge talentvolle journalisten die dezelfde domme fouten maakten en de rest van hun carrière om zeep hielpen. Er is een constante: hun jonge leeftijd. De Britse sterjournalist Johann Hari kwam in 2011 in opspraak voor het opsmukken van zijn artikels met lappen tekst van anderen. Nadat het schandaal losbrak, hulde Hari zich een paar jaar in stilzwijgen. Daarna schreef hij Chasing the scream, een uitstekend boek over drugverslaving dat begin vorig jaar uitkwam. Het is voortreffelijk gedocumenteerd, met geen spoor van plagiaat, verkocht heel goed en nu is Hari helemaal terug. Een comeback langs de voordeur blijft dus mogelijk.
#HasJustineLandedYet
20 december 2013. De dertigjarige New Yorkse communicatiemedewerkster Justine Sacco houdt van domme grapjes. Ze is onderweg naar haar familie in Kaapstad voor de kerst. Bij een tussenstop in Heathrow tweet ze naar haar 170 volgers: ‘Chili – komkommersandwiches – slechte gebitten. We zijn weer in Londen!’ Een half uur voor haar volgende vliegtuig vertrekt, tikt ze al grinnikend: ‘Op weg naar Afrika. Hopen dat ik geen aids krijg. Grapje. Ik ben blank!’ Daarna checkt ze bijna dwangmatig wie van haar volgers haar tweet lollig vindt, maar er volgt geen reactie of retweet. Een beetje teleurgesteld gaat ze aan boord voor een vlucht van elf uur, die ze vooral slapend doorbrengt. Als ze na de landing haar telefoon terug aanzet, ziet ze een sms van iemand met wie ze al lang geen contact meer had. ‘Wat vreselijk wat er gebeurt.’ Justine begrijpt er niets van. Daarna leest ze een bericht van haar beste vriendin: ‘Bel zo snel mogelijk. Je bent trending topic op Twitter.’
Terwijl Justine Sacco op het vliegtuig de slaap der onschuldigen sliep, werd ze op Twitter vakkundig afgemaakt. ‘Hoe komt @JustineSacco aan een baan in de pr?! Met zoveel racistisch onbenul hoort ze eerder bij Fox News thuis. Iedereen kan #aids krijgen!’ ‘Iedereen moet aangifte doen tegen die kuthoer @Justine Sacco.’ ‘All I want for Christmas is @JustineSacco’s kop zien als ze landt en haar inbox/voicemail checkt.’
Haar werkgever tweette: ‘Dit is een ongehoord misplaatste en kwetsende uitlating. Medewerkster in kwestie momenteel onbereikbaar wegens intercontinentale vlucht.’
De hashtag #HasJustineLandedYet werd wereldwijd trending. ‘Best gek om iemand zichzelf helemaal de grond in te zien boren zonder dat ze er erg in heeft. #HasJustineLandedYet.’ ‘Zeg, is er iemand in Kaapstad die naar de luchthaven kan gaan om haar aankomst te twitteren? Kom op, Twitter! Ik wil fotos zien #HasJustineLandedYet.’
Jon Ronson ontmoette Justine Sacco drie weken later in New York. Ze had net haar bureau leeggehaald. ‘Ze was een wrak. Een dom, ongelukkig geformuleerd grapje dat allesbehalve racistisch bedoeld was, betekende haar ontslag. Ze lag te slapen in een vliegtuig terwijl de poppen op Twitter aan het dansen gingen. Mensen kickten erop dat ze onwetend was over haar vernietiging. Dat vonden ze hilarisch.’
Het was een vorm van straatjustitie, maar dan op het internet?
Ronson: Precies. Er werd zelfs niet gewacht op bewijs. Als iemand die avond had durven opperen: ‘Komaan jongens, ze ligt te slapen op een vliegtuig. Laten we hiermee ophouden’, had iedereen zich tegen hem gekeerd. ‘Ach, jongen, doe niet belachelijk. Ook jij bent een racist.’
Een groot deel van de Twitter-gemeenschap kan niet verdragen dat iemand misbruik maakt van zijn privileges. Dat lijkt oké, alleen zoeken al die twitteraars op een bijna obsessieve manier naar mensen die misschien ooit hun ‘voorrechten’ misbruikt zouden kunnen hebben. ‘Misbruik van een privilege’ is een vrijbrief geworden om de eerste de beste te verscheuren. ‘Van zodra wij van oordeel zijn dat iemand zijn boekje te buiten is gegaan, mogen we hem meteen kapot maken.’ Iedereen kan ofwel de aanklager, ofwel de beschuldigde worden. Wij zijn zowel daders die mensen te schande maken, als de slachtoffers die te schande gemaakt worden.
U liet berekenen dat Google in december 2013 via zoekacties 120.000 dollar zou hebben verdiend aan de publieke vernedering van Justine Sacco. Weet u ook hoeveel ze Twitter opbracht?
Ronson: Twitter heeft tot hiertoe nog voor geen millimeter ontdekt hoe het geld kan verdienen. Een paar dagen geleden gaf ik in Londen een lezing op het kantoor van Google. Iedereen was heel vriendelijk. Tijdens het vragenuurtje stak iemand zijn hand op: ‘We leven nu toch in een wereld waarin dankzij het internet niet langer de elites maar de massa’s de dienst uitmaken?’ Ik antwoordde: ‘Jullie zijn nu de elite.’ (lacht) Dat vonden die mensen van Google niet echt grappig. Zij hebben wel samen met alle sociale media heel onze samenleving ingrijpend veranderd.
Ook onze psyche?
Ronson: Zonder twijfel. Ze maken ons meedogenlozer en zorgen ervoor dat we anderen op een instinctieve wijze beoordelen en veroordelen. Elke dag vallen er slachtoffers: mensen die om welke idiote reden ook publiekelijk aan de schandpaal genageld worden.
Vallen er ook doden?
Ronson: Een aantal getrouwde mannen die een account bij overspeldatingsite Ashley Madison hadden, pleegden zelfmoord nadat ze op Twitter te schande waren gemaakt. Dat is zo triest, want als ze de kracht hadden gehad om de storm te laten overwaaien, hadden ze waarschijnlijk ondervonden dat de gevolgen minder erg zijn. Wie van nature angstig is en aanleg heeft voor depressie, komt gebroken uit publieke vernedering. De virtuele schandpaal duwt gevoelige zielen compleet de dieperik in.
Wereld van -isten
U hebt op Twitter meer dan 142.000 volgers. Hebt u zelf ooit iemand te schande gemaakt?
Ronson: Ja, zeker in de beginjaren van de sociale media. Nu niet meer. Ik was in de ban van die nieuwe macht die we leken te hebben. Al degenen die volgens ons niet deugden, pakten we meteen aan. We zagen het als een vorm van sociale rechtvaardigheid. Ik geloof trouwens nog steeds dat internetrechtvaardigheid positief kan zijn. De hele Twitter-discussie die losbarstte over het gebrek aan diversiteit bij de Oscars in Hollywood was een goede zaak. Ze hebben nu tenminste beloofd dat ze er iets aan zullen doen. Maar het wordt heel griezelig als in naam van die heilige sociale rechtvaardigheid een relatief onschuldig individu onder vuur wordt genomen. Daarom moeten we mensen opvoeden: ze moeten leren het verschil te maken, in de hoop dat sociale internetrechtvaardigheid zo een menselijk, empathisch gelaat krijgt.
De echte hardliners trekken zich daar toch niets van aan? U schreef eerder het boek De psychopatentest, met als sprekende ondertitel: Over mensen met veel macht en geen geweten. Ik kan me best voorstellen dat een twitterende psychopaat zijn middenvinger opsteekt naar uw voorstel om hem op te voeden.
Ronson: Dat gebeurt inderdaad voortdurend. Op dat soort van aanvallen reageer ik met: ‘Je haat wat ik geschreven heb? Oké, fijn, laat me verder met rust.’
Zou het kunnen dat steeds meer mensen Twitter zien als een open riool en er daarom ook afscheid van nemen?
Ronson: Ik zou het niet meteen een open riool noemen. Ik hoorde iemand Twitter omschrijven als ‘een wereld van –isten’. Elke Twitteraar is een –ist: je bent een ‘misogynist’ of vrouwenhater, een feminist, of je bent een klimaatactivist. Sommige –isten zijn beter dan andere, maar in al het Twitter-geweld is er een –ist die helemaal verloren gaat: de humanist. Op Twitter en veel andere sociale media is alles zwart-wit en verdwijnt alle grijs. Ik hou van nuances en ben daardoor hopeloos ouderwets.
Misschien is dat zwart-witdenken er altijd wel geweest, en maken sociale media het alleen maar zichtbaarder?
Ronson: Dat is mogelijk, de ellende is natuurlijk dat we nu via Twitter geconfronteerd worden met ontzettend veel mensen die zich als een –ist gedragen. Ik denk ook dat de Twitter-technologie mensen een extra duwtje geeft om zwart-wit-meningen te spuien. Ze volgen mensen die hetzelfde denken als zij en versterken zo elkaar.
Als je net als ik waarden als mededogen en empathie hoog acht, is Twitter niet de meest aangewezen plek om veel tijd door te brengen. Facebook misschien ook niet, maar Instagram wel. Daar reageert iedereen vriendelijk op de foto’s van je hond die je er post. (lacht)
Was het moeilijk om in contact te komen met al die mensen die publiek vernederd waren?
Ronson: Als je vernederd bent, is erover praten met een buitenstaander het laatste wat je wil doen. Ik heb onwaarschijnlijk veel moeite moeten doen om ze te overtuigen toch mee te werken aan dit boek. Jonah Lehrer is niet blij met de publicatie. Hij wil dat het stopt. Er komt binnenkort een nieuw boek van hem, het eerste na het schandaal. Hij hoopt met een nieuwe lei te kunnen beginnen. Justine Sacco en alle anderen zijn wel zeer blij met Dit is vernederend, omdat ze voor het eerst de kans kregen hun kant van het verhaal te vertellen.
Zowel onze radio als tv nemen Twitter als medium ernstig. ‘Trending op Twitter’ is een vast item in sommige nieuwsprogramma’s.
Ronson: Dat is net zo in Amerika en Engeland. Tv- en radiojournaals gedragen zich als dat nerdachtige jongetje dat op een goed blaadje tracht te staan bij de bullebak die hem pest. Sinds wanneer moeten de mainstream-media de schoothondjes zijn van de bullebakken? Wij moeten de bully’s juist ontmaskeren en de wacht aanzeggen. Er wordt van ons verondersteld dat we niet bang zijn van de machtigen. Maar voor de machtige sociale media trillen we als een espenblad. We praten ze liever naar de mond en verheffen het idiote ‘trending on Twitter’ tot nieuwsitem.
Hoe reageren we het beste als we op Twitter aan de schandpaal genageld worden?
Ronson: Als je net als Justine Sacco een grap tweet die verkeerd aankomt, moet je meteen terugvechten. Justine reageerde op een manier die heel rationeel lijkt: ze verontschuldigde zich uitgebreid. Tactisch leek dat verstandig, maar moreel verloor ze zo het pleit. Ze gaf een fout toe die ze niet gemaakt had. Ze is geen racist en hoefde zich helemaal niet te verontschuldigen. Jonah Lehrer daarentegen wel. Hij probeerde tijd te winnen en reageerde bijzonder dom. Alles wat hij ondernam, maakte het alleen maar erger. Mensen gingen dieper en dieper graven, en spitten steeds meer naar boven. Hij had meteen open kaart moeten spelen en nederig zijn verontschuldigingen aanbieden.
Jon Ronson, Dit is vernederend: hoe één verkeerde tweet je leven kan verwoesten, Maven Publishing, 18,50 euro
© Jan Stevens