Desperate Housewives
Halverwege De zomer zonder mannen richt hoofdpersonage Mia Fredricksen zich rechtstreeks tot de lezer. “Ik wil u zeggen, geduldige lezer, dat als u nog steeds bij me bent, hier op deze bladzij bedoel ik, (…) dat ik dan mijn armen naar u wil uitstrekken en uw gezicht tussen mijn beide handen nemen en u overladen met kussen.” Het is alsof Siri Hustvedt, de echte schrijfster én ‘mevrouw Paul Auster’, beseft dat de lectuur van haar roman tot op die bladzijde niet altijd even vanzelfsprekend was. Niet omdat het eerste deel van De zomer zonder mannen loodzwaar is, maar omdat het vaak iets teveel associaties oproept met het inhoudsloze gekwebbel van de middenklassedames uit de Amerikaanse serie Desperate Housewives.
Ere wie ere toekomt: na de liefdesverklaring van Fredricksen aan de geduldige lezer, herpakt Hustvedt zich, schakelt ze een paar versnellingen hoger en bloeit haar roman helemaal open. Met als hoogtepunt: een hilarische bespiegeling over wat mannen tot mannen en wat vrouwen tot vrouwen maakt.
De zomer zonder mannen start op het moment dat de vijvenvijftigjarige dichteres Mia (anagram van I am) uit de psychiatrie ontslagen wordt. Ze had zich laten opnemen nadat haar man Boris haar na dertig jaar huwelijk gedumpt had voor een twintig jaar jongere collega met ‘substantiële borsten’. Mia verhuist tijdelijk vanuit New York naar een huurhuis in haar geboorteplaats in de staat Minnesota, waar haar moeder in een bejaardentehuis verblijft. Ze raakt bevriend met haar buurvrouw, een jonge moeder met twee kleine kinderen en een opvliegende echtgenoot, en geeft poëzieles aan zeven pubermeisjes. Terwijl Mia probeert af te kicken van dertig jaar huwelijk, ontvangt ze anonieme mails van een geheimzinnige man die zichzelf Mr. Nobody noemt. Het lijkt alsof hij haar door en door kent.
Siri Hustvedt, De zomer zonder mannen, De Bezige Bij, 223 blz., 17,90 euro, ISBN 978-90-234-6364-1
© Jan Stevens