‘Ik was verzoend met mijn naderende dood’
Op 15 december 2014 werd de Koerdische journalist Masoud Aqil in Syrië ontvoerd door IS-strijders. 280 dagen lang werd hij gefolterd. Hij kwam vrij bij een gevangenenruil. ‘Als ik een westerling geweest was, hadden ze me voor een videocamera onthoofd.’
Negen maanden lang was journalist Masoud Aqil de gevangene van de Islamitische Staat (IS). ‘Elke vrijdag na het gebed schoten ze een paar gevangenen dood’, zegt hij. ‘Ik hoorde de knallen in mijn cel. Na afloop dwongen ze me om naar de executies te kijken op hun telefoon. “Jou zullen we levend verbranden”, dreigden ze.’
Vandaag woont Aqil in een stad in Duitsland waar hij een paar maanden na zijn gevangenschap naartoe vluchtte. ‘Niemand mag weten waar precies.’ Want tot vandaag is hij bang voor represailles van jihadisten. ‘Er lopen nog te veel IS-sympathisanten in Europa rond. Dat heb ik de voorbije jaren zelf kunnen vaststellen.’ Over zijn kidnapping, gevangenschap, vlucht en samenwerking als informant voor de Duitse politie, schreef hij het boek De jongen die tegen IS strijdt. ‘Ik schreef het in de eerste plaats omdat ik nooit meer zou moeten praten over de martelingen die ik moest ondergaan’, fluistert hij bijna. ‘Het blijft verschrikkelijk lastig om te vertellen wat er precies gebeurd is. Herinneringen ophalen aan mijn beulen werkt allesbehalve therapeutisch. Integendeel, in dat verleden blijven roeren, vernietigt me.’
U werkte als journalist in Syrië?
Masoud Aqil: Ik was alleen actief in het Koerdische gebied, in het noorden van Syrië. Ik werkte er voor het Koerdische mediabedrijf Rudaw dat opereert vanuit de Noord-Iraakse stad Erbil. Ik ben geboren en getogen in de Noord-Syrische stad Kamishli, Qamishlo in het Koerdisch. Samen met mijn collega Farhad Hamo werd ik door IS-strijders ontvoerd op 15 december 2014, toen we op weg waren naar het dorpje Tal Alo om er sjeik Mehdi Daham al-Hadi in zijn versterkt hoofdkwartier te gaan interviewen. Hadi is een belangrijke figuur in de Arabische wereld. Hij is vice-gouverneur van het district Al-Hasakah en was zeer actief in de strijd tegen de IS. Eind 2014 had de terreurgroep heel wat grote steden in Noord-Irak in handen, maar wij hadden niet in de gaten dat ze ook in onze streek geïnfiltreerd waren. Toen we op die ochtend in december in onze auto stapten, wisten we niet dat de IS de snelweg controleerde. Ze stonden in het midden van de weg met hun machinegeweren in de aanslag. We probeerden hen eerst nog wijs te maken dat we arbeiders waren, op weg naar de olieraffinaderijen, maar daar trapten ze niet in. Ze zagen onze opnameapparatuur met het logo van de tv-zender en zo wisten ze dat we journalisten waren. Ze waren met een man of zes, allemaal gemaskerd, zwaarbewapend, in een Toyota-pick-up. Wij hadden ook meteen door dat het IS-strijders waren.
Sloeg u in paniek?
Aqil: Het kan misschien raar klinken, maar op dat moment voelde ik helemaal niets. Ik zag het gebeuren en keek ernaar alsof ik een toeschouwer was van mijn eigen ontvoering. Eerder dat jaar had ik de ontvoeringen en onthoofdingen van James Foley en Steven Sotloff gevolgd op tv. Ik wist perfect hoe de IS ontvoerde journalisten behandelde, maar ik had nooit gedacht dat ik zelf de hoofdrol in hun crimineel toneelstuk zou moeten spelen. Ik besefte dat ik de toestand niet meer meester was en nam me meteen voor dat ik de controle over mezelf niet mocht verliezen. Die strategie heeft me door de rest van mijn gevangenschap geholpen. 280 dagen lang had ik mezelf onder controle en bleef ik kalm, ondanks alles wat ze me aandeden.
Want u werd gefolterd?
Aqil: Ja. Dat overkomt trouwens iedereen die in het Midden-Oosten ontvoerd of gearresteerd wordt. Om het even wie je oppakt, een reeks martelsessies krijg je er altijd gratis bovenop. Folteren was niet iets typisch voor de Islamitische Staat, het is een standaardbehandeling van zowel politie, leger als alle mogelijke rebellengroepen. De marteltechnieken die de IS op mij toepaste, hebben ze geleerd van het Syrische regime en van Saddam Hoessein. Van zodra ze ons pad kruisten, wist ik dat ik gefolterd zou worden. Het bizarre is dat zij de schijn hoog hielden en de inwoners van hun hoofdstad Raqqa probeerden wijs te maken dat ze gevangenen zoals wij goed behandelden. Ze hielden ons daar vast in hun centrale gevangenis, bijgenaamd het ‘Zwarte Stadion’. Het was er levensgevaarlijk: je kon er ofwel elk moment afgemaakt worden door een IS-terrorist, ofwel de dood vinden in een bombardement van de Coalitie.
Mijn folteraars schiepen er een waar genoegen in om me op te hangen aan metalen kettingen en af te rossen met metalen staven. Ze gedroegen zich als volbloedsadisten. Soms had ik geluk en gebruikten ze plastieken of houten stokken. Ze wisten elke plek op mijn lichaam te raken en sloegen me op het hoofd. Sommige medegevangenen werden voor mijn ogen gefolterd met elektrische stroom. (stilte)
Wat wilden ze van u?
Aqil: Niets. Op dat moment wisten ze eigenlijk alles van mij. Ze hadden mijn smartphone, laptop en externe harde schijven uitgevlooid. Het martelen diende niet om meer te weten te komen, maar enkel om me te vernederen en wraak op mij te nemen. Ze wisten dat ik hun gedachtegoed verafschuwde. ‘We folteren je omdat je ons haat.’ In de tweede week van onze ontvoering moesten we voor de shariarechtbank verschijnen. Farhad en ikzelf werden veroordeeld tot de doodstraf door onthoofding. Vanaf dan begon ik elke seconde te tellen. Ik was er rotsvast van overtuigd dat ik aan mijn laatste uren op aarde bezig was. Ik kende niet alleen het gruwelijke einde van Foley en Sotloff, maar ook dat van hulpverleners David Haines, Alan Henning en Peter Kassig. Ik probeerde kalm te blijven en me te schikken in mijn lot.
U bent geen gelovig man?
Aqil: Nee, ik ben atheïst. Het klinkt misschien raar, maar dat hielp me om te aanvaarden wat me te wachten stond. Ik hoopte niet wanhopig op God die me ter hulp zou snellen en was verzoend met mijn nakende dood. Als ik een westerse journalist geweest was, had u zo goed als zeker in 2015 mijn onthoofding in de woestijn kunnen meemaken op een IS-propagandafilm. Mijn leven is gered omdat ik een Koerd ben. Het Koerdische leger viel de door de IS veroverde steden aan, boekte resultaat en nam honderden IS-strijders gevangen. Door onze Koerdische origine werden Farhad en ikzelf interessante ruilwaar voor de IS. Op 20 september 2015 werd ik geruild voor een paar IS-strijders en kwam ik in handen van de Koerdische YPG. Een dag later was ik herenigd met mijn familie. Farhad werd een paar weken later vrijgelaten.
Wat voor mensen waren de IS-strijders die u gevangen hielden?
Aqil: Eerst en vooral: er bestond niet zoiets als ‘de IS’. Er waren verschillende Islamitische Staten. De IS uit Irak verschilde nogal van die in Syrië. De Iraakse IS-terroristen waren veel gewelddadiger dan hun Syrische broeders. In Irak woedde er oorlog sinds de invasie van de Amerikanen in 2003. Duizenden gestaalde jihadisten verhuisden van Afghanistan naar Irak om daar hun heilige oorlog verder te zetten. De IS startte eerst in Irak en werd pas later in Syrië actief. De Syrische tak van de IS bestond uit verschillende gemeenschappen. Je had de Europeanen die samenklitten, de IS-leden die in Syrië gerekruteerd waren en de IS-strijders die uit de landen kwamen tussen Turkije en Rusland: Tadzjikistan, Oezbekistan en Kazakhstan. Ze hadden allemaal een verschillende achtergrond, maar over één ding waren ze het roerend eens: al wie tegen hen was, verdiende de dood. Ze waren er heilig van overtuigd dat God hen geschapen had om de ongelovigen te terroriseren en af te slachten. De overgrote meerderheid was naïef en idioot. Er zat niets in hun hoofd; de radicale imams vulden het met de grootst mogelijke onzin. De Europeanen waren van een ander kaliber. Sommigen onder hen hadden zich bekeerd en ontpopten zich tot de radicaalsten onder de radicalen. Een aantal had ook gestudeerd. Zij moordden niet eigenhandig, maar tekenden de moordplannen uit. Tijdens mijn gevangenschap kon ik gesprekken volgen tussen mijn bewakers. Ze hadden het verschillende keren vol bewondering over die masterminds uit Europa.
Voerde u zelf gesprekken met hen?
Aqil: Ja, tijdens mijn gevangenschap sprak ik met meer dan veertig van die gasten. Vaak waren dat griezelig normale gesprekken. Veel van mijn medegevangenen waren trouwens ooit zelf ook IS-lid. Een van de grote risico’s van het lidmaatschap van de IS, was dat je razendsnel bij je medebroeders in ongenade kon vallen. Waarna je in de gevangenis terechtkwam bij ontvoerde journalisten zoals wij. De IS voerde dus niet alleen terreur tegen de buitenwereld, maar ook tegen zijn eigen mensen. Ze vraten elkaar op. Het was zonneklaar dat hun kalifaat geen lang leven beschoren zou zijn. Ondertussen hebben ze wel heel keurig het doel van de Syrische president Assad gediend.
Hoe bedoelt u?
Aqil: Ik ben ervan overtuigd dat Assad de IS mee heeft gecreëerd, of op zijn minst groot heeft helpen maken. Met hun georchestreerde wreedheden zogen ze wereldwijd alle aandacht naar zich toe en ondertussen kon Assad rustig zijn gang gaan. Maar niet alleen de Syrische president trok aan de touwtjes: zijn Turkse evenknie Recep Tayyip Erdogan en de regimes van Saudi-Arabië en Qatar hebben evenveel boter op hun hoofd. Zij zagen alleen maar voordelen aan het kalifaat. Wist u dat Assad in het begin van de zogenaamde Syrische revolutie duizenden jihadistische salafisten uit zijn gevangenissen vrijliet, ook al lustten zij hem als sjiitische alawiet rauw? Die ex-gevangenen stonden aan de basis van talloze extremistische en jihadistische rebellengroeperingen. Assad gaf het jihadisme een extra boost en hoopte zo zijn eigen hachje te redden. De gewone Syrische burgers hadden snel genoeg van die door jihadterreur verziekte revolutie. Ze smeekten hun dictator bijna om de gekken van God te lijf te gaan. Het cynisme werd ten top gedreven door Erdogan die op slinkse wijze IS-strijders steunde en bevoorraadde.
De Brit Mike Rosa vocht in 2015 aan de zijde van de Koerdische YPG tegen de IS aan het front in Sinjar. Hij beweerde achteraf dat hij bewijzen gezien had van Turkse gespecialiseerde troepen die aan de zijde van IS-strijders opereerden.
Aqil: Ik heb die Turkse elitesoldaten ook gezien. Sky News heeft zelfs gefilmd hoe Turkse soldaten en IS-strijders met elkaar verbroederden. Erdogan heeft de IS aan zijn grens nooit iets in de weg gelegd. Geen kogel heeft hij naar hen laten afvuren. Tegen de Koerden daarentegen trekt hij wel ten strijde. Hij noemt ons allemaal PKK-terroristen en geeft zichzelf zo een vrijgeleide om ons op te jagen. Als hij de PKK wil bestrijden, moet hij dat in zijn eigen land doen en niet in Syrië. Maar nee, veel liever trekt hij de grens over om dood en vernieling te zaaien in de Koerdische enclave Afrin. Die hele bloedige oorlog lang al schept Erdogan er een duivels genoegen in om de extremistische soennitische krachten in Syrië te voeden. Zo voert hij zijn persoonlijke vendetta tegen die andere dictator Assad en rekent hij af met de Koerden. Ondertussen laat de internationale gemeenschap Syrië aan zijn lot over. Zeven jaar lang al kijkt ze toe hoe het land naar de verdoemenis gaat. Ze richtten hun focus op de IS en al de rest kon hen gestolen worden. Ze volgden zo blindelings de strategie van Assad. Ik voorspel dat het niet lang meer zal duren voor de leiders van àlle landen binnenkort handjes zullen schudden met de Syrische dictator. Ze zullen hem zien als enige ‘stabiele’ factor in die poel van ellende. Ze vergeten dat hij die poel zelf veroorzaakt heeft en dat hij er niet voor zal terugdeinzen om in de toekomst de boel terug in de fik te steken.
Na uw vrijlating vluchtte u naar Duitsland. Waarom?
Aqil: Ikzelf wou liever in Syrië blijven, ook al was er die niet aflatende dreiging van de Islamitische Staat. Een volksverhuizing van Syrië en Irak naar het Westen kan nooit een oplossing zijn. Ik wou blijven, maar mijn ouders waren zo van de kaart door mijn ontvoering dat zij weg wilden. Hun kinderen moesten in veiligheid gebracht worden. Ik zag hun angst en heb hun beslissing om te vertrekken gerespecteerd. Na alles wat ze meegemaakt hadden, kon ik hen niet dwingen om te blijven. Op 20 december 2015 vertrokken we en sinds die dag heb ik me in mijn hoofd geen moment meer op mijn gemak gevoeld. Als vluchteling voel ik me de speelbal van politici zoals Erdogan. De Turkse president heeft ons meermaals misbruikt om Europa te chanteren. Vluchtelingen werden voorgesteld als gevaarlijke extremisten die hij in ruil voor 6 miljard euro zou tegenhouden. Sindsdien zijn vluchtelingen zijn pasmunt om zijn zin te krijgen. Ik word daar misselijk van. Ik woon nu in het noorden van Duitsland en ik voel hoe veel Duitse burgers mij en andere vluchtelingen haten. De spandoeken met ‘Welcome refugees’ zijn in heel Europa al lang opgeborgen. De dag dat de oorlog in Syrië echt stopt, keer ik terug naar huis. Mijn familie is uitgeput en leeft versnipperd over Europa. Moest ik alleen zijn op de wereld, zou ik me misschien makkelijker kunnen aanpassen aan Duitsland. Maar nu voel ik me verscheurd. Ik mag het contact met mijn broers en zussen niet verliezen, want dan ben ik totaal verloren.
Toen u in Duitsland arriveerde, liep u gevluchte IS-aanhangers tegen het lijf.
Aqil: Een bevriende journalist vertelde me over een man die hij in een asielcentrum ergens in Europa ontmoet had. Die kerel bleek bij mij in de IS-gevangenis gezeten te hebben. Hij was zogezegd bij zijn IS-makkers in ongenade gevallen, maar ik ben er zo goed als zeker van dat ze hem in mijn cel geplaatst hadden om me te bespioneren. Hij heeft het bloed van veel onschuldige burgers aan zijn handen en kreeg later in dat West-Europese land toch asiel. Hij schopte het er zelfs tot imam. Hoe hij heet en waar hij zijn ‘zendelingenwerk’ verricht, mag ik u helaas niet zeggen, maar ik maak me daar zeer veel zorgen over.
De Duits-Pakistaanse journalist Shams Ul-Haq ging in 2016 undercover in verschillende Duitse asielcentra. Volgens hem kwam hij er talloze malen in contact met sleepers van de IS, IS-strijders die in de vluchtelingenstroom geïnfiltreerd waren.
Aqil: U mag hem gerust geloven. Mohammed Daleel, de dader van de aanslag in Ansbach op 24 juli 2016, kwam uit Syrië. Hij ‘vluchtte’ in 2013 naar Duitsland, nadat hij voor IS in Irak had gevochten. De Duitse politie heeft de voorbije jaren trouwens verschillende leden van slapende IS-cellen opgepakt. Dat waren vaak mensen die zich in Syrië of Irak aan oorlogsmisdaden schuldig gemaakt hadden en in Duitsland asiel aanvroegen. Ik heb als journalist nogal goede contacten met verschillende mensen binnen de Koerdische strijdkrachten. Zij hebben 1.500 IS-leden in hun gevangenissen zitten en verzamelden zo de voorbije jaren heel wat interessante informatie. Ik had daar toegang toe en kon zo namen plakken op heel wat gezichten die ik later tegenkwam. In 2016 en 2017 legde ik een database aan van verdachte figuren. Dat was mijn bijdrage aan de strijd tegen de IS. Op dat moment vervelde ik van journalist tot activist, omdat ik hartstochtelijk wou dat de IS totaal verslagen werd. Want ik geloofde dat zij aan de basis lagen van alle ellende in mijn land. Ondertussen heb ik moeten vaststellen dat ik me daarin schromelijk vergist heb. We hebben één club extremisten opgeruimd, maar nu blijkt dat al die zogenaamd gematigde rebellengroepen geen haar beter zijn. Ze kregen jarenlang steun van Erdogan en gesofisticeerd wapentuig van de Amerikanen en blijken nu minstens even radicaal én jihadistisch te zijn als de IS. Het grote probleem met de door de islam gestuurde verzetsgroepen, is dat de lijn tussen ‘gematigd’ en ‘radicaal’ flinterdun is. Alles hangt af van de boodschappen die hun imams de wereld insturen. De Amerikanen hebben geen enkel inzicht in wat er zich op het terrein afspeelt. Dat was zo al onder president Obama en is onder Trump geen sikkepit veranderd. Het kalifaat is ingestort, maar het moorden en onthoofden gaat gewoon verder. Uit het puin van het kalifaat zijn ondertussen tien nieuwe IS-varianten opgestaan. De ene nóg radicaler dan de andere. De enige manier om ze te stoppen, is Erdogan een halt toeroepen.
Hoor ik nu de Koerdische activist spreken?
Aqil: Toch niet. Ik heb het helemaal niet over de Koerdische kwestie, maar over het stoppen van de radicale islam. Europeanen onderschatten Turkije én Saudi-Arabië. Al jarenlang sturen die twee landen handenvol geld naar Europa voor de bouw van moskeeën en de opleiding van imams. Gelooft u echt dat ze dat doen om de plaatselijke gemeenschappen vooruit te helpen? Denkt u dat ze zo de vluchtelingen een hart onder de riem willen steken of de Europeanen een helpende hand reiken? Nee, ze willen de vluchtelingen en migranten vervreemden van het Westen en van de democratie. Wij zijn naar Europa gevlucht omdat we genoeg hadden van de moskeeën. We verlangen naar universiteiten, gezondheidszorg, werk en vrijheid. Moskeeën en imams kunnen ons gestolen worden.
Masoud Aqil
- 1993 geboren in Kamishli, Syrië
- 2014 wordt ontvoerd door de IS terwijl hij als journalist aan het werk is voor het Koerdische mediabedrijf Rudaw
- 2015 komt na 280 dagen vrij en vlucht naar Duitsland
- 2016-2017 helpt de Duitse politie bij het opsporen van gevluchte IS-leden
- 2018 bereidt zich voor op een opleiding aan een Duitse universiteit
Masoud Aqil, De jongen die tegen IS strijdt, HarperCollins, 320 blz., 17,99 euro
(c) Jan Stevens