Rebel with a cause

Ryanairtopman Michael O’Leary droomde er als klein jongetje niet van om later piloot te worden. “Al die andere ceo’s van grote luchtvaartmaatschappijen worden opgewonden als ze een vliegtuig zien”, zegt hij. “Ik ben geen dromer, maar een businessman. Voor mij is een vliegtuig gewoon een bus met vleugels.”

 

Michael O’Leary, de hyperactieve baas van lagekostenmaatschappij Ryanair, heeft allesbehalve de looks van een ceo van een grote Europese luchtvaartmaatschappij. Hij ziet er in zijn Marks & Spencer-kostuum en zijn confectiehemdje veeleer uit als de ‘bloke next door’ die zich opgedirkt heeft voor een zaterdags uitje naar de pub, en niet als een van de rijkste businessmen van Ierland.

“Ik ben maar een arme Ierse boer die in de luchtvaart terecht gekomen is om de eindjes aan elkaar te knopen”, zegt hij bijna verontschuldigend. Maar dat is niet helemaal waar: met een deel van het geld dat hij met Ryanair verdiend heeft, trakteerde hij zichzelf een paar jaar geleden op de fraaie boerderij Gigginstown House in Mullingar, in de buurt van Dublin. Daar kweekt hij renpaarden en het Schotse kwaliteitsrunderras Aberdeen Angus. “Ik heb een dertigtal paarden die ik train voor de National Hunt races. Die hobby kost me handenvol geld. Mijn job bij Ryanair helpt me om de verliezen van mijn boerderij te compenseren.”

 

No Frills

In 1985 stampte de Ierse flamboyante ondernemer Tony Ryan de lokale luchtvaartmaatschappij Ryanair uit de grond. Met een startkapitaal van één pond en een bescheiden Embraervliegtuig met amper 15 zetels, begon hij een verbinding tussen het Ierse Waterford en Londen. Jaar na jaar stapelde het maatschappijtje de verliezen op elkaar. Tot Tony Ryan in 1990 zijn ambitieuze jonge belastingadviseur Michael O’Leary de vrije hand gaf om Ryanair van de ondergang te redden. “Ik werkte toen als persoonlijke belastingconsulent van Tony”, zegt O’Leary. “Na mijn studies aan de universiteit van Dublin startte ik in 1983 als boekhouder bij KPMG. Ik leerde er het Ierse belastingsysteem van binnen en buiten kennen. Later werd ik belastingconsulent. Zo ontmoette ik Tony Ryan. Ryanair was zwaar verlieslatend, en op een bepaald moment vroeg Tony me of ik de boel wou opkuisen. Ik ben niet bij Ryanair gaan werken omdat ik gefascineerd zou zijn door vliegtuigen. Vliegtuigen zijn gewoon bussen met vleugels. Het grootste probleem van andere grote luchtvaartmaatschappijen, is dat ze gerund worden door mensen die gefascineerd zijn door vliegen. Al die ceo’s kregen op hun vijfde al een erectie als er een vliegtuig overvloog en wilden dolgraag zelf de stuurknuppel vasthouden. Piloot worden interesseerde mij geen zier. Ik ben een businessman en ik run Ryanair als een onderneming. Mijn filosofie was van bij de start klaar en duidelijk: ‘Pile it high and sell it cheap’, verkoop grote hoeveelheden aan lage prijzen.”

 

Michael O’Leary wou van Ryanair een ‘full blown’ lagekostenmaatschappij maken. “Van in het begin was het mijn overtuiging dat mensen slechts vier dingen van een luchtvaartmaatschappij verwachten: dat ze snel, efficiënt, goedkoop en punctueel is. Ik wou van Ryanair een echte ‘No Frills’-maatschappij maken en alle overbodige franjes en kosten wegsnijden, om onze klanten een zo laag mogelijk tarief te kunnen aanbieden. Ik ben eerst inspiratie gaan opdoen bij het Texaanse Southwest Airlines. Zij zijn met het moderne lowcostconcept van start gegaan in het midden van de jaren zeventig. Ze vlogen rond in Texas aan tarieven van 10 dollar per vlucht. Ik heb hun model gekopieerd, maar ben er veel verder in gegaan dan Southwest ooit aangedurfd heeft.”

Die eerste jaren nam niemand in de luchtvaartbranche O’Leary ernstig. “Vijftien jaar geleden lachten ze ons uit. Ze voorspelden de totale mislukking. Sommige toplui van grote maatschappijen lachen nog steeds met ons, maar de consumenten houden van ons. Akkoord, reizen met Ryanair is niet erg comfortabel, maar we hebben dat ook nooit beloofd. We doen alleen wat er op de verpakking staat: ‘Snel, efficiënt en goedkoop’. Meer willen de mensen niet.”

Lowcost wil zeggen: beknibbelen op beenruimte, passagiers laten betalen voor koffie en broodjes, bagage afstraffen, geen gereserveerde plaatsen… Hoe ver kun je als maatschappij gaan in het reduceren van het comfort voor je passagiers? “Dat doen we niet”, repliceert O’Leary vinnig. “We geven de passagiers precies datgene wat ze willen. We garanderen de laagste tarieven, ze zitten op een spiksplinternieuw vliegtuig, met lederen zetels, met de beste punctualiteit van alle luchtvaartmaatschappijen in Europa. Wat kun je als passagier nog meer wensen? Tenzij je onder comfort natuurlijk ‘gratis maaltijden’ verstaat waarvoor je in werkelijkheid 300 euro hebt moeten dokken. Wil jij voor je ‘gratis’ glas wijn 300 euro betalen? Ik niet.”

Hoever kun je dan gaan in het wegsnijden van kosten? “Lowcost eindigt nooit. Het is net als een ui pellen: je pelt een kostenlaag weg, en dan verschijnt er een nieuwe. In oktober verdwijnen al onze incheckbalies op de luchthavens. Alle passagiers zullen moeten inchecken via de website. Voor degenen met koffers zal er een ‘bag drop’ geïnstalleerd worden. Voor ons is dat een besparing, maar het levert tezelfdertijd iets op voor ons cliënteel: ze zullen nooit meer moeten aanschuiven om in te checken. In plaats van twee uur op voorhand, zullen ze amper 40 minuten eerder moeten arriveren. Lowcost draait trouwens niet alleen om het reduceren van kosten, maar gaat ook over het genereren van opbrengsten.”

Zoals het bizarre plan om geld te vragen voor toiletbezoek op het vliegtuig? O’Leary: “Natuurlijk. We zijn echt van plan om de deuren van de wc’s te voorzien van sloten die alleen met een euro of een pond geopend kunnen worden. We verdienen er dan iets aan, maar we zorgen er tegelijk ook voor dat er tijdens de vlucht minder door de gang gelopen wordt. We denken ook over andere dingen na, en roepen onze klanten via onze website op om hun ideeën te spuien. Een goeie suggestie vond ik die om rollen toiletpapier te laten maken met een afdruk van mijn gezicht op elk velletje. Onze passagiers zullen graag een euro per velletje betalen om hun gat te kunnen afvegen aan mijn gezicht. (grijnst)

 

Bully

Michael O’Leary’s grootste vijanden zijn ‘de grote luchtvaartmaatschappijen’, meer bepaald: Lufthansa, Air France en British Airways (BA). Zonder verpinken noemt hij hen ‘de maffia’. O’Leary: “In de volgende vier jaar zullen er nog vier grote luchtvaartgroepen in Europa overblijven: Lufthansa, BA, Air France en Ryanair. De eerste drie groepen doen er alles aan om hun tarieven tot ongekende hoogtes op te drijven, houden hun brandstoftaksen opzettelijk hoog en besparen op vluchtcapaciteit. Dat zijn toch maffiapraktijken? Het is van het allerhoogste belang dat Ryanair blijft groeien. Als een tegenwicht tegen die maffiosi.”

Waarom gedraagt O’Leary zich altijd als een ‘bully’ tegenover andere luchtvaartmaatschappijen? Is het iets persoonlijk? “Hoe kan ik, kleine Michael O’Leary, die grote luchtvaartmastodonten afzeiken?”, reageert hij verongelijkt. “Ze zijn zo immens, tegenover hen is Ryanair een klein spelertje. Ik zeik niemand af. Ik stel alleen vast dat de grote carriers zoals de Lufthansa’s van deze wereld vluchten afschaffen, hun ticketprijzen opvoeren en totaal achterhaalde kerosinetaksen heffen. Wij doen daar niet aan mee, maar breiden uit, verhogen onze vluchtfrequentie, kopen vliegtuigen bij, openen nieuwe vluchtroutes en heffen geen extra brandstoftaks. Een vlucht met Ryanair vanuit Charleroi voor een citytrip kost minder dan wat je betaalt om je auto te parkeren in Zaventem. Er is geen enkele reden te verzinnen waarom mensen meer dan 10 euro zouden moeten betalen om rond Europa te vliegen. Wij hebben vliegen gedemocratiseerd. Zelfs een werkloze kan met Ryanair vliegen.”

Levert Ryanair door de democratisering van het vliegen geen belangrijke bijdrage aan de opwarming van de aarde? O’Leary blaast lang en nadrukkelijk. “Er is absoluut geen enkele link tussen vliegen en klimaatverandering. De klimaatverandering moet trouwens nog bewezen worden.”

Pardon? 98% van de klimaatwetenschappers is het er roerend over eens dat ons klimaat verandert en Michael O’Leary vindt dat flauwekul? “Inderdaad. 98% van de klimaatwetenschappers zou op straat staan als ze nu niet stonden te jammeren: ‘De aarde warmt op.’ We hebben net in Ierland de koudste winter in 25 jaar achter de rug. Na een warme zomer beginnen die milieuactivisten altijd te zeuren: ‘De wereld is aan het verhitten.’ Statistisch gezien daalden de wereldtemperaturen tussen 1950 en 1975. Klimaatwetenschappers voorspelden toen een nieuwe ijstijd. De temperaturen stegen tussen ’75 en 2000. Dus voorspelden ze een opwarmende aarde. Stel dat er toch een klimaatverandering zou plaatsvinden, dan hebben wij daar niets mee te maken. Luchttransport is maar verantwoordelijk voor 2% van de Europese CO2-emissies. Ik ben een ware groene jongen, want ik heb zelf geen auto. Ik laat me rondrijden door mijn eigen zwarte Mercedestaxi. In Ierland is vijf jaar geleden de taxi-industrie geliberaliseerd. Voor een jaartarief van 6000 euro kon ik toen een taxilicentie kopen. Ik schafte me een cab aan, en stel nu mijn hoogstpersoonlijke taxichauffeur te werk. Ik sta nooit meer in de file omdat ik over de busstroken mag rijden. Zoals je ziet, ben ik altijd de eerste om vernieuwingen in het transport door te voeren. (lacht)

 

Rebel

Michael O’Leary is er fier op dat er Iers bloed door zijn aderen stroomt. “Net als ik er fier op ben dat ik een Europeaan ben. Ryanair is een symbool van het moderne Europa: we hebben lak aan regels, we doen onconventionele dingen. Je moet regels breken, je moet een rebel zijn. Dat is wat telt, anders verandert er nooit iets. Met Ryanair heb ik de regels van het vliegen veranderd. De regels breken is niet typisch Iers, maar een rebel zijn wel. En een revolutionair zijn ook. Ik ben een competitief baasje. Heel weinig Ierse bedrijven slagen erin om het in de rest van Europa te maken, om grote spelers uit Duitsland, Frankrijk of Groot-Brittannië de duvel aan te doen. Wij zijn een van die weinigen.”

Volgens O’Leary ziet de toekomst voor Ryanair er, ondanks de crisis, schitterend uit. “De recessie maakt mensen meer kostenbewust. De volgende vijf jaar zullen we ons passagiersaantal verdubbelen van 50 tot 100 miljoen per jaar. Zij zullen meer dan 10 miljard euro kunnen besparen dankzij onze lage tarieven. Voor mezelf hoop ik dat ik lang mag leven, en gelukkig mag sterven. Bij voorkeur terwijl ik op mijn 95e de liefde bedrijf met een mooie vrouw.”

Is O’Leary thuis ook een costcutter? “Ja. Mijn vrouw jammer genoeg niet. Zij geeft sneller geld uit dan ik kosten kan wegsnijden. Dat zorgt niet voor spanningen, want ik ben rijk. Ik kan het me veroorloven dat ze het geld door ramen en deuren smijt. Ze mag nemen wat ze wil. Wat ze dan ook gretig doet.”

 

 

Toppers van Michael O’Leary

 

U2: “Ik ben een diehard U2-fan. Bono is geen voorbeeld voor mij – hij is een popster. Net als alle andere popsterren is hij een bullshitter. Maar U2 is een fantastische band die al twintig jaar schitterende muziek maakt. Elke Ier van halverwege de 40 is opgegroeid met U2. Ik zat op de universiteit toen U2 zijn eerste optredens in Dublin gaf. Voor nieuwe bands ben ik te oud geworden; ze maken gewoon lawaai.”

 

Aldi, Lidl en Ikea: “Ik probeer geen mensen te bewonderen. Helden riskeren altijd van hun voetstuk te vallen. Als ondernemer kun je beter een voorbeeld nemen aan goed geleide, dynamische ondernemingen zoals Aldi, Lidl en Ikea. In de luchtvaartindustrie is er niemand waar ik naar opkijk. De meeste ceo’s in mijn branche zijn geen knip voor hun neus waard.”

 

©jan@janstevens.be

Vergelijkbare berichten