‘Ik kreeg dreigbrieven. Mijn advocaat zei: ‘Ga niet te dicht bij de sporen staan als je de metro neemt, en pas op als je de straat oversteekt”

Tien jaar lang geloofde Stéphanie Gibaud dat ze de job van haar leven had als marketeer bij private bank UBS France. Tot ze ontdekte dat haar werkgever op grote schaal belastingontduiking voor de superrijken organiseerde. “Het was alsof ik bij de duivel in bed lag.” Ze werd klokkenluidster en haar leven veranderde in een hel. “Ze vergiftigden mijn hond in mijn appartement.”

 

“U herkent me aan mijn lange rode jas”, sms’t Stéphanie Gibaud vijf minuten voor onze afspraak in een Parijse brasserie. Het mailverkeer voorafgaand aan dit interview verliep via een beveiligd adres. Ze vraagt om achteraan te gaan zitten, in de donkerste hoek van het café. “Toch ben ik niet paranoïde”, zegt ze. “Maar de technologie vertrouw ik niet meer. Sinds ik frontaal met UBS France in aanvaring kwam, weet ik dat zij de middelen hebben om mijn smartphone uit te lezen en mijn mailboxen te checken. In 2011 sloot ik een deal met het ministerie van Financiën. UBS was meteen op de hoogte. Ik ben zeker dat niemand gelekt had. Ze konden dat alleen weten door me af te luisteren.”

Eind februari van dit jaar werd de private bank UBS door de Franse rechtbank veroordeeld tot een recordboete van 4,5 miljard euro. Die veroordeling was een rechtstreeks gevolg van het overdonderende bewijsmateriaal dat klokkenluidster Stéphanie Gibaud mee hielp verzamelen. “Eindelijk kreeg ik gelijk.”

Van bij de start in 1999 tot 2012 hielpen de bankiers van UBS rijke Fransen de fiscus te omzeilen. Dat deden ze door zwart geld ‘op industriële wijze’ wit te wassen en vermogens offshore, op geheime rekeningen in Zwitserland te stallen. In zijn vonnis sprak de Franse rechter van ‘criminele wandaden van uitzonderlijk ernstige aard’. UBS kondigde inmiddels aan in beroep te gaan.

Toen Stéphanie Gibaud nog hoofd marketing en communicatie bij UBS France was, woonde ze met haar twee jonge zonen in een ruim zonnig appartement in de Parijse rue d’Armaillé. Vandaag is ze zowat alles kwijt: haar droomjob, haar kinderen en haar chique flat. “UBS heeft mijn leven vernietigd. Ze probeerden me als een insect te vermorzelen.” Nu woont ze in een godvergeten dorp aan de Italiaanse grens en adviseert ze bedrijven over ethisch ondernemen. Ze is in Parijs om aan te kondigen dat ze in mei wil deelnemen aan de Europese verkiezingen. Straks heeft ze afgesproken met haar oudste zoon, vanavond is ze spreker op een conferentie over mobbing, pesten op het werk.

Stéphanie Gibaud: “Ik sta als tweede op de Europese lijst Debout la France (DLF) van politicus Nicolas Dupont-Aignan. Wij willen de ethiek terug in de politiek brengen. Het verborgen geld van de superrijken moet eindelijk boven water komen. Belastingparadijzen kunnen enkel op internationaal niveau aangepakt worden. Als Malta en Cyprus binnen de EU willen blijven, zullen ze er toch voor moeten zorgen dat miljonairs van over de hele wereld er niet langer hun zwarte centjes kunnen onderbrengen. Daarom hebben we Europese politici nodig die banken het vuur aan de schenen durven leggen.”

 

Bij de laatste Franse presidentsverkiezingen haalde Nicolas Dupont-Aignan 4,73 procent van de stemmen. Erg veelbelovend lijkt dat niet.

Gibaud: “Intussen leven we met de gele hesjes-beweging in andere tijden. De woede in de Franse samenleving is groot. Na de veroordeling van UBS had ik gehoopt dat de Franse regering me tegemoet zou komen. In 2008 tipte ex-UBS-bankier Bradley Birkenfeld in ruil voor 104 miljoen dollar de Amerikaanse fiscus over offshore-rekeningen van Amerikaanse UBS-klanten in Zwitserland. Ik kreeg niets voor mijn klokkenluiderswerk. Ik was een alleenstaande moeder met twee kinderen. De toplui bij UBS rekenden erop dat ze me snel zouden kunnen vernietigen. Op het einde werkte ik nauw samen met het Franse ministerie van Financiën. Was het op dat moment niet de verantwoordelijkheid van de Franse overheid om mij te beschermen én te verdedigen? Of om op zijn minst alle schade te vergoeden die ik geleden heb? Na de uitspraak in februari lijkt het alsof de zaak-UBS in Frankrijk geregeld is. Over mij wordt niet meer gesproken, ook de huidige president Emmanuel Macron en zijn regering zwijgen me dood.”

 

Komt dat omdat veel rijke klanten van UBS connecties hebben met politici?

Gibaud: “Dat is inderdaad de kern van de zaak. De presidentiële verkiezingscampagne van Emmanuel Macron werd gedeeltelijk gefinancierd door multimiljonairs. Een van zijn belangrijkste financiële steunpilaren was de Rothschild-bank waar hij zelf vier jaar gewerkt heeft. De oude kameraden mobiliseerden hun rijke vrienden om Macrons verkiezingskas te spijzen. Dat superrijke vriendenkransje ziet mij als de party-pooper.

“In Zwitserland is UBS een instituut: het is er de grootste werkgever. Intussen weet ik dat de bank ook kampioen is in fraude en witwassen. Dat leverde haar in het verleden zowel in Duitsland als in de VS al miljoenenboetes op. Ook in uw land loopt er trouwens een gerechtelijk onderzoek. De Belgische politie zocht twee keer contact met mij. De eerste keer was in 2014 in Brussel; de tweede keer hier in Parijs in 2015. Ze wilden weten hoe het UBS-systeem functioneert, want België is naar het schijnt een kopie van Frankrijk. Ik vraag me af hoe het nu met dat Belgische onderzoek gesteld is. Misschien hebben de onderzoekers op de Franse uitspraak gewacht om terug in gang te schieten.”

 

Wanneer begon u bij UBS te werken?

Gibaud: “In september 1999. Als hoofd Marketing en Communicatie kreeg ik een stevig budget om VIP-evenementen te organiseren.”

 

Die VIP-evenementen waren in de eerste plaats bedoeld om superrijke klanten aan te trekken?

Gibaud: “Ja. UBS is enkel geïnteresseerd in mensen met grote vermogens. Wij organiseerden onder andere de UBS Golf Trophy, overal ter wereld. In België sponsorden we de Formule 1-wedstrijd van Spa-Francorchamps. Elk jaar stuurde ik klanten met een ‘speciaal arrangement’ naar daar.”

 

UBS is de oudste bank van Zwitserland, maar de Franse afdeling dateert pas van 1999, het jaar waarin u er kwam werken.

Gibaud: “UBS España en UBS France openden hun deuren op hetzelfde moment. De toenmalige Italiaanse premier Silvio Berlusconi had een paar jaar eerder fiscale amnestie beloofd aan de rijke Italianen. Tegen zijn vermogende vrienden zei hij: ‘Breng jullie zwart geld van Zwitserland terug naar Italië. Jullie zullen niet beboet worden, er komt geen vervolging en er volgt geen gevangenisstraf.’ De Zwitserse bankiers van UBS vreesden dat de Franse president Jacques Chirac en de Spaanse premier José María Aznar het voorbeeld van Berlusconi zouden volgen. Dat kon hen veel lucratieve cliënten kosten. Dus openden ze razendsnel filialen in Parijs en Madrid. De Franse cliënten moesten dan zelf niet meer met hun zwarte centen naar belastingparadijs Zwitserland; de Zwitsers regelden alle offshore-praktijken in opperste discretie voor hen. Hun witte centen werden netjes beheerd door UBS France of España. UBS Belgium is in 2002 van start gegaan. Daar moet ik geen tekening bij maken, zeker? Voor de buitenwereld leek alles bonafide. Toen ik bij UBS begon te werken, was ik er rotsvast van overtuigd dat ik bij een fatsoenlijke bank terecht kwam. UBS France beweert tot vandaag: ‘Met offshore hebben wij niets te maken. Wij voldoen volledig aan de vereisten en voorwaarden van de Franse nationale bank en aan de regels van de bankwaakhond Autorité des Marchés Financiers (AMF).’ Hun juridische mistgordijn is zo dik dat het tot dit jaar geduurd heeft voor de Franse rechtbank tot een veroordeling kwam.”

 

Aan de andere kant verliep het versluizen van zwart geld naar Zwitserland toch ook nogal knullig? Uit uw boek leer ik dat tussen 2002 en 2007 de UBS-toplui in Frankrijk een dubbele boekhouding bijhielden. Met schriftjes vol dubieuze transacties, de zogenaamde ‘carnets du lait’ of huishoudboekjes.

Gibaud: “Ze hielden er de illegale transacties in bij met potlood en gom. Op het einde van elke maand zat onze grote baas Patrick de Fayet samen met de Zwitsers die boekjes netjes bij te werken. Zo lijkt het misschien alsof UBS een amateuristisch zootje was, maar dat is een foute inschatting. Wij wisten trouwens niet van het bestaan van die notitieboekjes.

“Toen UBS France in 1999 van start ging, was het de bedoeling dat het bedrijf zou uitgroeien tot een van de grootste private banken van Frankrijk. Er kwam bij ons nooit een amnestie à la Berlusconi, en zeker tot 2009 spraken de Zwitserse bankiers met hun Franse cliënten af in het hoofdkwartier van UBS aan de Boulevard Haussmann. Of ze reisden naar de events die ik organiseerde.”

 

U wist niet dat uw events dekmantels waren om zwart geld wit te wassen en misdaad- en corruptiegeld te versassen?

Gibaud: “Ik wist niets van de bankzaken en had niets te maken met transferts van geld. Ik organiseerde golftornooien, exclusieve concerten en regatta’s voor jachten. Ik regelde box seats voor Roland Garros. Ik moest ervoor zorgen dat elke klant zijn welvaart en geld spontaan associeerde met UBS. Ik bezorgde ons cliëntèle altijd de beste plaatsen in de opera. Die mensen konden àlles betalen. Ze hadden hun eigen helikopter of vliegtuig, bezaten minstens vijf villa’s en een handvol bedrijven. Ze waren zo rijk als de zee diep is. Een VIP-plaats op een muziekfestival was niet goed genoeg; ze moesten voor het optreden samen met de superster in kwestie een frietje kunnen steken. Het was mijn job hen onbetaalbare ervaringen en emoties te bezorgen. Zo organiseerden we in sterrenrestaurant Maison Blanche bovenop het Louvre een intiem concert met cellolegende Mstislav Rostropovich. Nadien schoof Rostropovich aan voor het diner. De man is intussen gestorven en ik ben er wel zeker van dat de Fransen die ooit met hem gedineerd hebben, zeldzaam zijn. Ik denk dat ik ze allemaal ken.”

 

U kende ook alle klanten van UBS France?

Gibaud: “Allemaal. We bedienden een niche: de superrijken. Als ik een golftornooi in Rijsel organiseerde, kwamen er altijd Franse cliënten langs die om fiscale redenen net over de grens in België een optrekje hadden. Hun geld zat veilig offshore in Zwitserland. UBS was in Europa de locomotief in het wit- en zwartwassen van geld van rijke mensen. Zowat alle andere grote banken zijn hen daarna gevolgd, niet zo massaal en kleinschaliger en voorzichtiger. Voor UBS was Zwitserland de corebusiness. Al de rest was façade.”

 

Was u tevreden met uw job?

Gibaud: “Ik hield van mijn werk. Ik had daarvoor als PR-manager bij een voetbalclub gewerkt; ik kende het klappen van de zweep. ‘Hallo, we hebben hier een klant die morgen vanop de eerste rij de finale van de Champions League in Madrid wil bijwonen. De prijs speelt geen rol.’ The sky was the limit. Ik ging tot het uiterste om de zeer veeleisende cliënten van UBS France tevreden te houden. Ik zat continu onder stress, maar als het weer eens gelukt was om het onmogelijke mogelijk te maken, was ik gelukkig.”

 

Tot die fameuze woensdag, 25 juni 2008.

Gibaud: “Eerder die week was de politie binnengevallen in het kantoor van directeur Patrick de Fayet. Tot vandaag weet ik niet wat de aanleiding daarvan was. De bank heeft nooit iets over de achtergrond van die huiszoeking gelost en er is ook nooit iets over in de media verschenen. Ik vermoed dat de politie op zoek was naar gerichte informatie over sommige klanten. De inval zorgde voor paniek in de hoogste regionen van UBS France. Die woensdagochtend kwam mijn rechtstreekse baas voor mijn bureau staan. ‘Er was een huiszoeking bij De Fayet’, zei ze. ‘Wis de harde schijf van je computer en vernietig al je archieven.’ Ik keek haar niet-begrijpend aan. ‘Pardon?’ Pas later hoorde ik van financiële experts waarom ze me vroeg om al mijn bestanden te vernietigen: zonder het te beseffen, bezat ik informatie die voor de speurders goud waard was. Want ik had niet alleen alle namen, adressen en telefoonnummers van de UBS-klanten, maar ook hun rechtstreekse linken met UBS-bankiers in Frankrijk én in Zwitserland, Luxemburg en België. Hard bewijsmateriaal dat Zwitserse bankiers naar Frankrijk gekomen waren om hier hun offshore-producten te slijten. Voor de Franse justitie is dat ‘démarchage bancaire illégal’, illegaal bankieren. Ik had daar nog nooit van gehoord. UBS gold als de beste vermogensbank ter wereld, de properste bank ook en kaapte elk jaar de Euromoney-award, de Oscar voor banken weg. Wist u dat de bank ook vorig jaar nog met die award ging lopen?”

 

2008 was het jaar van de financiële crisis.

Gibaud: “Daardoor begon de zogenaamd zuivere tanker UBS slagzij te maken. De bank had zwaar in Amerikaanse rommelhypotheken geïnvesteerd. UBS had ook veel geld gestopt in het fonds van superfraudeur Bernard Madoff. Als klap op de vuurpijl luidde in Amerika Bradley Birkenfeld de klok. Een decennium lang geloofde ik voor een ethisch hoogstaande bank te werken. De beste bank ter wereld! De kredietcrisis van 2008 legde een bom onder dat geloof. Toen mijn baas zei: ‘Vernietig al je data’, drong tot me door dat UBS me al die jaren bedrogen had. Op dat moment voelde ik me als een gelukkig getrouwde vrouw die ontdekt dat haar man haar al jarenlang bedriegt. Ik lag in bed met de duivel zelf.”

 

Was het daarom dat u weigerde om de bestanden op uw computer te wissen?

Gibaud: “Ik vroeg mijn baas: ‘Waarom viel de politie bij De Fayet binnen?’ Ze wist het niet. ‘Doe wat ik je opdraag.’ Net op dat moment was ik druk bezig met het organiseren van een golftornooi in Genève. Ik had even geen tijd om mijn computer op te kuisen en mijn baas kon de pot op. Ze was nieuw, kwam van een andere bank en ik kon haar eerlijk gezegd niet luchten. Later die dag stond ze opnieuw voor mijn neus: ‘Heb je de boel al opgekuist?’ ‘Nee, geen tijd.’ ‘Haast je en vergeet niet alle papieren archieven weg te gooien.’ Er stonden afvalcontainers en pas dan viel het me op dat collega’s naarstig bezig waren met het dumpen van dossiers. Ik voelde dat er stront aan de knikker was en vanaf dan nam ik elke avond een pak papier uit die containers mee naar huis. Tot er tien vierkante meter papier in mijn woonkamer lag. Drie jaar lang doorploegde ik elke nacht en elk weekend al die documenten. Ik zag rekeningen passeren in Latijns-Amerika en Azië. Ik bracht alle belastingparadijzen in kaart waar UBS France offshore-rekeningen had. Ik probeerde te achterhalen welke codenaam voor wie stond. Ik las instructies over hoe namen en gegevens van klanten veilig opgeborgen kunnen worden in smartphones en laptops. Ik zag handleidingen om douaniers om de tuin te leiden en een draaiboek over wat te zeggen en te doen na arrestatie.”

 

Dat lijkt op een James Bond-film.

Gibaud: “De figuren die UBS in dienst had om offshore-diensten in Azië en Amerika te verzorgen, waren dan ook geen bankiers, maar een soort geheim agenten. Zij werkten niet voor, maar tégen de Franse regering. In het begin van mijn nachtelijke zoektocht was ik een hardwerkende alleenstaande moeder met twee zonen. Op het einde was ik extreem vermoeid én extreem bang voor mij en mijn kinderen. Want ik had bewijs in handen dat ik voor een organisatie werkte die de illegaliteit niet schuwde.”

 

U stapte niet naar de politie, maar naar uw bazen.

Gibaud: “Ik was vakbondsafgevaardigde en was het gewoon om bij problemen naar het management te stappen. Dat deed ik nu dus ook. Ik stapte de kantoren binnen van UBS-voorzitter Thierry de Chambure en directeur Patrick de Fayet. Ik was verschrikkelijk naïef en geloofde dat ze me in bescherming zouden nemen. ‘Je bent gek’, zeiden ze. ‘Gestoord.’ Meteen daarna begonnen de pesterijen. Ze namen me al mijn verantwoordelijkheden af en ik werd gedegradeerd tot ‘hoofd receptie’. Mijn job bestond voortaan uit checken of alle planten water hadden en of de voorraden papier nog op peil waren. Ik mocht niet meer reizen. UBS startte een roddelcampagne. Het was zo heftig dat ik in een zware depressie sukkelde. Na mijn terugkomst, had ik niets meer om handen. Ik stapte naar een inspecteur van het ministerie van Arbeid. Zij zorgde ervoor dat ik mijn oorspronkelijke job terugkreeg. Er werden beloftes gemaakt dat de bank haar leven zou beteren en afscheid zou nemen van het zwarte circuit. Tot ik in 2011 tijdens de voorbereiding van het tennistornooi van Roland Garros benaderd werd door agenten van de Franse douane. ‘We willen u graag twee weken volgen op Roland Garros, want we hebben het vermoeden dat UBS er afspraken regelt met Zwitserse bankiers.’ Ik geloofde hen niet. ‘Dat doen ze niet meer’, zei ik. ‘Dankzij mij heeft de bank haar leven gebeterd.’”

 

Maar dat was niet zo?

Gibaud: “Nee. De douaniers waren zeker van hun zaak. ‘UBS is nooit gestopt. We willen dat u ons helpt.’ Dus maakte ik die geheime deal met het ministerie van Financiën. Ik had geen keuze. Ik werkte bij de allergrootste bedrieger ooit uit het bankwezen en zat op een schat aan informatie. François Hollande was toen president. Zijn regeringsleden stelden zich voor als witte ridders en bestrijders van belastingontduiking. Als voorbeeldig burger werkte ik met hen mee. Ik nam een groot risico, want op dat moment bestond er in Frankrijk nog geen wet die klokkenluiders beschermt. ‘We maken dat klokkenluidersstatuut in orde’, beloofden ze. Toen die wet er dan eindelijk was, deelde de toenmalige minister van Financiën Michel Sapin me droogweg mee: ‘O maar, die wet geldt niet voor jou. Jij bent geen klokkenluider, maar een getuige.’ Vijftien maanden lang had ik me voor hen uitgesloofd. Dat was een afschuwelijke periode. Ik was doodsbang dat UBS me zou ontmaskeren.”

 

Vreesde u voor uw leven?

Gibaud: “Ja. Mijn advocaat zei: ‘Ga niet te dicht bij de sporen staan als je de metro neemt. Pas op als je de straat oversteekt.’ Het duurde tot 2012 voor UBS me ‘om economische redenen’ ontsloeg. Meteen daarna werd mijn hond vergiftigd in mijn appartement hier in Parijs. Ik kreeg dreigbrieven en de Franse regering liet me vallen als een baksteen.

“Na UBS was ik uitgeput en werkloos, maar ik hoopte dat mijn leven snel terug normaal zou worden. Toen sprongen de media op de belastingontduiking van UBS, en kwam mijn naam als klokkenluider bovendrijven. Ik werd door journalisten overvallen. Ik was zo dom te denken dat die media-aandacht me kon helpen om mijn carrière op de sporen te krijgen. Het tegendeel gebeurde: ik verloor er mijn leven door. Twaalf jaar lang stond ik onder ongelooflijke druk. Kijk naar mijn gezicht, naar de sporen die de stress erop naliet. UBS sleurde me voor zeven verschillende rechtbanken. Het hield niet op. Nu komt er nóg een proces: één voor laster en eerroof naar aanleiding van mijn boek uit 2014, La femme qui en savait vraiment trop. Sinds die 25e juni 2008 is mijn leven een hel. Financieel zit ik aan de grond, ik ben in de steek gelaten door mijn regering en moest de ene na de andere rechtszaak overleven. Andere mensen zouden er doodziek van worden of in de drank wegvluchten.”

 

U niet?

Gibaud: “Nee, want ik ben een overlever. Frankrijk was samen met Duitsland de stichter van de Europese Unie. Met ‘gelijkheid, vrijheid en broederlijkheid’ is mijn land ook de bakermat van de mensenrechten. Dat hebben onze politici na UBS compleet verkwanseld. Ik ben niet de enige die ze in de kou laten staan. Weinig mensen weten dat Wikileaks-klokkenluider Julian Assange een zoon van tien heeft in Frankrijk. In 2015 vroeg hij onder andere om die reden bescherming aan de Franse overheid. Er is een wet in Frankrijk die bepaalt dat kinderen nooit van hun ouders gescheiden mogen worden. Zijn zoon was al voldoende reden om hem hier asiel te verlenen. Maar nee, dat werd hem botweg geweigerd. Dat hele pompeuze verhaal van Frankrijk als behoeder van de mensenrechten, is niet meer dan een grove leugen. Edward Snowden vroeg ook asiel in Frankrijk en ving eveneens bot. Hij leeft nu in Rusland. Ik heb hem trouwens gisteren nog gesproken.”

 

Hoe is het met hem?

Gibaud: “In vergelijking met Assange stelt hij het uitstekend. Snowden kan in Rusland gaan en staan waar hij wil. Maar Julian kan nergens meer heen. Nu moet u weten, uit de Snowden-files blijkt heel duidelijk dat zowel de regeringen van Nicolas Sarkozy als van Hollande door de Amerikaanse geheime dienst NSA in de gaten gehouden werden. Het is dan toch godgeklaagd dat net Snowden en Assange geen asiel in Frankrijk krijgen?”

 

U hebt Julian Assange indertijd in de Ecuadoriaanse ambassade in Londen bezocht?

Gibaud: “Ja. Hij leefde er in trieste omstandigheden. Hij sliep in de keuken van de ambassade. In 2016 beslisten de Verenigde Naties dat hij er ten onrechte vastzat. De regering in Londen tekende meteen bezwaar aan. In de Europese instellingen in Brussel bleef het intussen oorverdovend stil. Zijn arrestatie kwam niet als een verrassing. Ecuador wou van hem af. Ik hoop dat de Europese toppolitici en alle journalisten wereldwijd nu Groot-Brittannië zullen oproepen om Julian niet aan de VS uit te leveren. Het is de hoogste tijd dat hij na al die jaren veilig en onbevreesd naar zijn familie kan terugkeren.”

 

Twee Zweedse vrouwen beschuldigden Assange van verkrachting en dienden in 2010 klacht tegen hem in.

Gibaud: “Die meisjes trokken intussen hun klachten in en Zweden stopte het onderzoek.”

Assange wordt ervan verdacht tijdens de Amerikaanse verkiezingscampagne e-mails van Hillary Clintons campagneteam te hebben gehackt om haar te beschadigen. Dat is toch niet iets wat een rechtschapen klokkenluider hoort te doen?

Gibaud: “Dat wordt gezegd, maar is dat ook zo? Daar is niets van bewezen. Waarom wordt dat nieuws de wereld ingestuurd? Omdat ze van Wikileaks af willen. Voor alle duidelijkheid: ik heb met Assange of Wikileaks niets te maken.”

 

Hebt u er geen spijt van dat u die 25e juni 2008 uw harde schijf niet gewoon gewist hebt?

Gibaud: “Soms wel. Maar dan was ik mededader geworden.”

 

Dan organiseerde u nu misschien nog golftornooien voor UBS.

Gibaud: “Dan zat ik waarschijnlijk zelfs nóg hoger in de hiërarchie of had ik een topjob bij de concurrentie. Want àlle grote namen van UBS France die het systeem draaiende hielden en mij het leven zuur maakten, bezetten nu topjobs bij JP Morgan, Credit Suisse en Rothschild… Al die zakenbankiers vormen één grote familie. Ze delen ook allemaal dezelfde familiegeheimen.”

(c) Jan Stevens

Vergelijkbare berichten