“Weduwen leren hier op eigen benen te staan”
Sinds 2009 trekt de gepensioneerde Duitse dominee Renate Ellmenreich (67) zich het lot aan van Nigeriaanse vrouwen wier man vermoord is door Boko Haram. Met haar organisatie Widows Care bouwt ze huizen voor de weduwen en helpt ze hen met het opstarten van hun eigen zaak. “Ik kan de wereld niet veranderen, maar ik kan wel proberen iets voor hen te betekenen.”
Pfarrerin Renate Ellmenreich is net terug uit Nigeria. De dominee ontvangt ons in haar flat in het gerenoveerde Oberförstereigehöft, het grote oude boswachtershuis van het pittoreske dorp Joachimsthal. Het huis kijkt uit over het Grimnitzmeer. Zeventig kilometer zuidwaarts ligt Berlijn; dertig kilometer oostwaarts de Poolse grens. “Dit is een heel bijzondere plek”, zegt ze. “Vroeger woonde in dit huis de boswachter van de Duitse koningen en keizers. Na hen kwamen de presidenten en daarna Hitler en zijn trawanten. Rijksmaarschalk Hermann Göring jaagde hier regelmatig. Ten tijde van de DDR was deze streek ook het favoriete jachtterrein van de Stasi-bonzen. In de jaren voor Die Wende kwam Erster Sekretär Erich Honecker in de bossen rond Joachimsthal twee keer per week het wild afschieten. Vlakbij is een gedenkteken waarop geschreven staat: ‘Op 8 november 1989 schoot Erich Honecker hier zijn laatste hert.’ Dat was één dag voor de muur viel.”
Frau Ellmenreich lacht. Een gereserveerde lach, want het hele interview lang straalt de dominee droeve ernst uit, alsof ze een loodzware last torst. “De toestand in Nigeria is op dit moment verschrikkelijk”, zegt ze bijna verontschuldigend. Op haar bureau staat een klein zwart-witfotootje van een langharige, glimlachende jongeman. Op de vensterbank staat een grote kleurenfoto van een vriendelijk ogende veertiger met kort kastanjebruin haar. De twee mannen uit het leven van Renate Ellmenreich. “Als iemand weet wat het betekent om weduwe te zijn, ben ik het wel. Vandaar dat ik in 2009 de vraag om hulp van de Nigeriaanse weduwen niet kon weigeren.”
Renate’s eerste man Matthias Domaschk stierf op 12 april 1981 in de ondervragingsruimte van de Stasi in de Oost-Duitse stad Gera. “Matthias was pas 23. Hij is de vader van mijn dochter. In 1976 ondertekenden we allebei een petitie tegen de verbanning uit de DDR van protestzanger Wolf Biermann. We waren niet gekant tegen het socialisme, maar voerden vanuit onze christelijke overtuiging actie om de theorie met de werkelijkheid in overeenstemming te brengen. Dat werd door de communistische partijbonzen niet in dank aanvaard. Ze arresteerden Matthias op 10 april 1981 en beschuldigden hem ervan dat hij een partijbijeenkomst in Berlijn wou verstoren. Twee dagen later was hij dood. Volgens de Stasi pleegde hij zelfmoord. Iedereen die Matthias ooit gekend heeft, weet dat dat een leugen is. Ze hebben hem vermoord.”
Een jaar voor Matthias Domaschks dood vluchtte Renate Ellmenreich naar West-Duitsland, nadat hun dochtertje door de geheime politie was gekidnapt en in een weeshuis gedropt. Renate werd dominee in Mainz. In 1993 keerde ze naar Gera terug. Zes jaar lang doorploegde ze er de archieven van de Stasi, op zoek naar wat er die 12e april echt gebeurd was. “De documenten uit de Stasi-archieven zijn opgesmukt en vertellen nooit de waarheid”, zegt ze. “Er staat nooit zwart op wit: ‘Toen gaven we hem het genadeschot.’ Ik sprak met veel betrokkenen, maar iedereen zwijgt. Tot de dag van vandaag zoek ik verder en ik denk dat ik nu eindelijk iets op het spoor ben. Ik hoop tegen volgend jaar de waarheid te kunnen bovenspitten.”
Uw tweede man Gunnar Berndsen stierf in de woestijn van Nigeria.
Renate Ellmenreich: “Hij overleed er in mei 2004 als gevolg van een virale infectie. De foto op de vensterbank dateert van een week voor zijn dood. Hij was 48. Ik werkte samen met hem in Nigeria van 1999 tot 2004. We waren uitgestuurd door de Zwitserse evangelische ontwikkelingsorganisatie Mission 21. Ons actieterrein lag in de staat Borno in het noordoosten. Gunnar runde in de stad een open universiteit en ik werkte bij de vrouwen op het platteland. Ik begeleidde hen met de bouw en de opening van nieuwe scholen. In 2000 introduceerde de regering van de staat Borno de sharia. Nigeria heeft 36 staten: de zuidelijke zijn voornamelijk christelijk en de noordelijke moslim. Veel noordelijke staten voerden de sharia in nadat in 1999 de christen Olusegun Obasanjo president van het land werd. In tegenstelling tot zijn voorgangers kwam hij niet uit het leger en dat stond de noordelijke machthebbers niet aan. De meeste leerkrachten op de staatsscholen waren christenen en na de verkiezing van Obasanjo schaften de noordelijke staten de staatsscholen af. De gewone Nigerianen waren het daar niet mee eens. Zij wilden goede scholen voor hun kinderen en het kon hen echt niet schelen of de leerkrachten christelijk of islamitisch waren. In die tijd leefden in de dorpen christenen en moslims nog vreedzaam samen. Ik bouwde samen met hen private scholen waar alle kinderen welkom waren. We kregen geen steun van de overheid, maar het lukte ons toch om in Noord-Nigeria in minder dan vijf jaar vijftig basisscholen te bouwen.”
Vijftig?
“Jawel, vijftig. (glimlacht) Tot in de lente van 2004 het noodlot toesloeg en Gunnar stierf. De kerkleiding wou dat ik terugkeerde naar Duitsland, maar ik bleef contact houden met mijn mensen die ik had moeten achterlaten. Boko Haram is in 2002 opgericht in Maiduguri, de hoofdstad van Borno. Ik heb de terreurorganisatie weten ‘geboren’ worden. In 2009 was ik in Maiduguri en zag ik met eigen ogen de ellende die ze er had aangericht. Verschillende van mijn vroegere medewerkers klampten me aan en vertelden over de gruwel. ‘Help ons, Renate.’ De vallei waar ik gewerkt had, was bezet door Boko Haram en de overlevenden waren naar Maiduguri gevlucht. ‘Ze hebben al onze mannen vermoord.’”
Enkel de mannen?
“Ja. De vrouwen hadden ze nodig als seksslavin. In de Afrikaanse samenleving stellen weduwen niets voor. Ze hebben geen rechten en worden behandeld als paria’s. Eén uitspraak van een weduwe raakte me midscheeps: ‘Jij was ook weduwe in Afrika. Je weet hoe het is.’ Ze hadden gelijk: ja, ik wist het. Ik kon niet anders dan helpen. Ik weet niet hoeveel tijd me nog gegund is en daarom focus ik me enkel op de weduwen. Ik kan de wereld niet veranderen, maar ik kan wel proberen iets voor hen te betekenen.
“Terug in Duitsland begon ik geld in te zamelen. Ik was toen dominee in Mainz, maar ik was niet de enige: met tien vrouwelijke priesters vormden we één team voor de hele stad. Elke maand hielden we onze Stammtisch. (lacht) We vergaderden dan samen en dronken rode wijn. Tijdens zo’n vergadering kreeg ik telefoon uit Maiduguri. Ik hoorde het machinegeweervuur en de explosies, het was verschrikkelijk. De weduwe aan de andere kant van de lijn weende hartverscheurend. Meteen daarna hebben we de stichting Widows Care opgericht en vervolgens vroegen we de Boko Haram-weduwen zich bij ons te registreren.”
Dat zijn er ondertussen meer dan 2.000?
“2.120 om precies te zijn. Een groot deel is van Maiduguri gevlucht naar het duizend kilometer verder gelegen IDP-camp Gurku bij de Nigeriaanse hoofdstad Abuja, waar het relatief veilig is. IDP staat voor: Internally Displaced Persons. In Gurku worden binnenlandse oorlogsvluchtelingen opgevangen. Van elke weduwe weten we waar ze vandaan komt, wat er in haar dorp gebeurd is en hoeveel kinderen ze heeft. De vrouwen moesten toezien hoe hun man door leden van Boko Haram vermoord werd. Zelfs kinderen moesten toekijken hoe hun vader afgemaakt werd. Met één meisje voerde ik zeer lange gesprekken. Ze heet Patience, is pas negentien en is nu voor de tweede keer weduwe geworden. Haar dochter is geboren de dag nadat ze haar tweede man vermoord hebben. In Gurku ben ik de enige blanke die Hausa spreekt. Ik ben dan ook de enige die met de weduwen rechtstreeks kan converseren, want zij spreken geen Engels. Dat zorgt voor een sterke band.”
Hoe vergelijkbaar is Boko Haram met IS?
“De ‘ideologie’ van Boko Haram wortelt in het salafistische jihadisme waar ook IS zijn mosterd haalt, maar de Boko Haram-strijders zijn allemaal arme dompelaars. De meesten sluiten aan omwille van het geld. Boko Haram misbruikt religie om mensen te mobiliseren. In Nigeria raak je zonder religie nergens.”
De weduwen waar u voor zorgt, zijn allemaal christenen?
“Ja. In het begin sloten een paar moslimweduwen zich bij Widows Care aan, maar ze werden met de nek aangekeken door mensen uit hun eigen gemeenschap. Toen ik twee jaar geleden in Gurku op bezoek was, sprak een Nigeriaanse vriendin me aan: ‘We hebben vanavond geld nodig, want we kunnen een groot stuk land kopen vlak naast het vluchtelingenkamp. De boer wil ervan af: hij wil centen voor de bruidsschat van zijn zoon. Als wij het niet kopen, komt het in handen van een rijke politicus, een bouwspeculant of een legerofficier.’ Ik belde mijn vrienden in Duitsland, die schoten meteen in gang om geld in te zamelen en de volgende ochtend kochten we dat stuk land. Ik had één voorwaarde: het mocht alleen ten goede komen van de weduwen. We bouwden er zestien huizen. Elk huis kostte 2000 euro en heeft een keuken en een badkamer. We beginnen nu met de bouw van nog eens zestien ‘weduwenhuizen’. Het door ons gerunde vluchtelingenkamp Gurku is een buitenbeentje in Nigeria. Zowat alle IDP-camps hebben zwaar te lijden onder de alom verspreide corruptie. De meeste kampen zijn afgesloten van de buitenwereld uit angst voor een inval van Boko Haram. De inwoners kunnen er niet zomaar in of uit en zijn overgeleverd aan de goodwill van hulpverleners en officials. De meeste kampleidingen verkopen de hulpgoederen die ze van internationale NGO’s krijgen door op de zwarte markt. Op dit moment sterven er kinderen in de kampen van de honger of door gebrek aan zorg.”
Worden die kampen dan niet geleid of gecontroleerd door het Rode Kruis of het UNHCR, de vluchtelingenorganisatie van de Verenigde Naties?
“Nee, alle officiële vluchtelingenkampen zijn in handen van de door en door corrupte Nigeriaanse overheidsorganisatie National Emergency Management Agency (NEMA). NGO’s zoals Artsen Zonder Grenzen, Unicef of het Rode Kruis moeten allemaal via NEMA passeren. Ons vluchtelingenkamp Gurku houden we doelbewust buiten de officiële opvang. De administratie wordt er gevoerd door zowel moslims als christenen. Zo willen we laten zien dat vreedzaam samenleven tussen verschillende religies wél mogelijk is. Vandaag leven meer dan 1.400 mensen in het kamp. Er is een medische post, gebouwd door de Zwitserse ambassade, er is een kerk en een moskee en er is een school. Er is drinkwater, er zijn kleine winkels, het is een leefbare plek met een gloednieuw gastenverblijf. In het weduwenkamp vlak naast dat grote vluchtelingenkamp leven nu honderd vrouwen en kinderen.”
Waarom zijn de weduwen geïsoleerd van de rest?
“Omdat ze ’s avonds en ’s nachts geen man willen tegenkomen. Kunt u zich dat voorstellen? Ze hebben omheiningen van stromatten rond hun huizen gebouwd, want ze willen geen mannelijk pottenkijkers en verlangen naar privacy. De meeste weduwen hebben psychologische hulp nodig, maar die is er niet. Een paar oudere dames krijgen hun leven niet terug op de sporen. Ze zijn depressief en komen hun huis niet meer uit. Ze krijgen eten van de andere weduwen, maar hun depressie wordt niet verzorgd. Heel veel lagere schoolkinderen hebben ’s nachts zindelijkheidsproblemen, door de trauma’s die ze hebben meegemaakt. Hun moeders begrijpen het verband niet en reageren boos. Ik probeer hen uit te leggen wat er precies aan de hand is.”
De kinderen leven zonder vaders?
“De jongens en meisjes groeien op zonder vaderfiguren. Vooral de grotere jongens hebben het daar lastig mee. Ze worden opstandig, willen niet naar school. Opgroeien met enkel vrouwen is niet gezond. Ze krijgen een vertekend beeld van de samenleving, want natuurlijk zijn er ook goeie mannen in Nigeria én in het grote vluchtelingenkamp. Zo zijn er onder de vluchtelingen leraars die spontaan les beginnen geven in de openlucht, onder de bomen. Ze hebben geen boeken, pennen of papier, maar ze zingen, vertellen en gebruiken handen en voeten.
“De traditie in Nigeria wou dat een vrouw die weduwe werd, hertrouwde met de oudste broer van haar man. Met de aidsepidemie ging die traditie langzaam maar zeker op de schop. Na Boko Haram zijn er in het noorden te veel weduwen en te weinig mannen. Duizenden vrouwen verloren hun man; het zijn er veel meer dan onze registratiecijfers laten vermoeden. Een vrouw zonder man mag geen land bezitten, winkel uitbaten of een eigen zaak opzetten. Ze mag zelfs geen bankrekening openen. Maar doordat er zoveel mannen vermoord zijn, is het sociale weefsel drastisch aan het veranderen. Wij proberen de vrouwen ervan te overtuigen dat ze wel degelijk hun eigen zaakje mogen opstarten en geld mogen verdienen om hun kinderen te voeden en naar school te sturen. Jammer genoeg wantrouwen sommige vrouwen ons.”
Omdat het een compleet nieuwe manier van denken voor hen is?
“Ja. We zeggen nu tegen een weduwe die op het land van Widows Care komt wonen: ‘Als je een huis wil, moet je bereid zijn om ook je eigen zaak uit de grond te stampen. Je moet in je eigen levensonderhoud kunnen voorzien want er is niet genoeg land om te verbouwen.’ De Nigeriaanse vrouwen hadden traditioneel hun eigen lapje grond waar zij de gewassen op verbouwden. Dat is nu voltooid verleden tijd. De tweede voorwaarde voor een huis is dat al hun kinderen onderwijs moeten volgen. De weduwen doen echt hun best; het is soms ontroerend grappig. (lacht) Het nieuwe gasthuis in het grote kamp wordt beheerd door vrouwen. Slechts een van hen spreekt een klein beetje Engels. Zij moet het nu waarmaken, want zij is de guesthouse manager. Ze neemt haar taak zeer ernstig: ze heeft een boekje waarin ze nauwgezet bijhoudt wie er overnacht en wanneer er gekookt en gepoetst moet worden. Zo leert ze al doende de stiel van een echte hotelmanager. Een paar andere weduwen leggen zich toe op fish farming. Ze hebben twee vijvers gegraven en verdienden een aardige cent met hun eerste visoogst. Niet alle vrouwen zijn succesvol. We bekostigden een naaicursus voor een groep weduwen, maar hun onderneming draaide uit op een fiasco. De kleermaker waar ze voor werkten, ging er met het geld vandoor. Andere weduwen leerden verzorgende zalfjes maken voor gevoelige babyhuidjes.”
Uw project Widows Care emancipeert Nigeriaanse vrouwen?
“Eigenlijk wel.”
Wat vindt de rest van de samenleving daarvan?
“Ze kijken er vol nijd en afgunst naar. Sommigen zijn verrast dat de weduwengemeenschap zo goed functioneert. Ze vinden het eigenaardig dat er geen corruptie is. De weduwen zijn gelijkwaardig, niemand heeft macht, ze moeten alles zelf doen en voor de rest van de samenleving is dat moeilijk te vatten.”
Zien Nigeriaanse mannen hen als een bedreiging?
“Ik vrees van wel. De weduwen regelen dingen op een totaal andere manier dan de mannen. Zo hebben ze heel bijzondere afspraken gemaakt met de Fulani-nomaden. Die mensen leven van hun vee, trekken rond en hebben geen onderwijs genoten. Hun veestapel groeit, maar de beschikbare hoeveelheid land krimpt. Steden zoals Abuja groeien aan een ongekend tempo. Vanop de heuvel vlakbij ons kamp kun je heel goed zien hoe al het land volgebouwd raakt met huizen en hoe er steeds meer dorpen rond de stad groeien. De Fulani hebben niet genoeg plaats voor hun vee, raken gefrustreerd waardoor de criminaliteit stijgt. Ze vallen dorpen binnen en roven huizen leeg. De weduwen onderhandelden een overeenkomst met de Fulani. Wij hebben drie waterpompen op het land van de weduwen geïnstalleerd. Tegen de leiders van de Fulani zeiden ze: ‘Jullie kunnen gratis water voor jullie vee krijgen, maar raak ons niet aan.’ De Fulani gingen akkoord. ‘Op voorwaarde dat jullie geen dieren kweken.’ Dat was voor de vrouwen geen probleem. ‘Als we dan bij jullie vlees kunnen kopen.’ De deal was rond en werkt uitstekend. De weduwen hebben geen runderen, geiten of schapen. Hun vlees kopen ze van de Fulani die op hun beurt gebruik maken van de waterbronnen. De voorbije drie jaar was er geen enkel incident. De weduwen zijn christen, de Fulani moslim en ze leven samen in vrede.”
De dorpen in het noorden waar de weduwen vandaan komen, zijn nog steeds in handen van Boko Haram?
“Ja. ‘Mijn’ dorp en alle dorpen errond zijn volledig verwoest. Het missionarishuis waar ik woonde, is zestien jaar geleden gebouwd. De stenen muren waren dik en massief, want het gebouw moest minstens een eeuw meegaan. Boko Haram heeft het compleet vernietigd. Rond het huis lag een mooie tuin. Alle bomen zijn gekapt en het groen is veranderd in woestijn. Zo willen de jihadisten laten zien dat daar nooit nog een christen zal leven. Het dorp waar ik leefde en werkte, was integraal christelijk. Er staat geen huis, school of kerk meer overeind. Het leger kon onlangs een paar oude mensen bevrijden die niet op tijd waren weggeraakt. Ik ben net terug uit Nigeria. Eerst bezocht ik Gurku nabij het relatief veilige Abuja en daarna vlogen we naar Maiduguri in het noorden. Het verschil is immens: de noordelijke stad kreunt onder de Boko Haram-terreur. Ik ontmoette de bevrijde oudjes en dat was heel ontroerend. De ene is blind, de andere steunt op een stok. Ze zijn alles kwijt. Ze vertelden me over het leven onder Boko Haram: een verschrikking. Het Nigeriaanse leger vecht zogezegd tegen de terroristen, maar nooit op volle kracht. Ik weet uit zeer goede bron dat de officieren hun manschappen bevelen om in de lucht te schieten om de strijders van Boko Haram te laten vluchten.”
Waarom?
“Zolang de oorlog blijft duren, krijgen de soldaten geld en hebben ze een goed leven. Het is in het belang van het leger dat Boko Haram blijft plunderen en roven, want zo blijft voor hen de kassa rinkelen. De Nigerianen zelf zijn zeer pessimistisch over hun toekomst. Veel mensen uit het noorden zijn gevlucht naar het zuiden, waar meer jobs zijn en grotere kansen op een beter leven. Maar de Zuid-Nigerianen houden niet van de noorderlingen. Op dit moment zijn er bewegingen actief die het hele land willen opsplitsen. In Igboland in het Zuidoosten, het vroegere Biafra, wordt nu net als in de jaren zestig gevochten voor onafhankelijkheid. De Yoruba in het Zuidoosten zijn relatief welvarend. Als zij zich afscheuren, gaat het noorden helemaal kopje onder. Want daar is geen onderwijs, geen industrie, geen economie. Behalve de sharia is er helemaal niets. 95% van de noorderlingen overleeft uitsluitend van het eigen schamele lapje grond. Het geld komt van verwanten in het buitenland, of van politici of ambtenaren van de eigen stam. Zelfs in de steden staat alles in het teken van overleven. Er wordt niets geproduceerd dat doorverkocht kan worden om geld mee te verdienen. Daar komen dan nog eens de gevolgen van de klimaatverandering bij: in Maiduguri zie je de woestijn naderen. Steeds meer mensen ontvluchten het land. Tot hiertoe hebben 200.000 Nigerianen geprobeerd om via Italië Europa binnen te komen. De economie in het zuiden is dan weer vooral gebaseerd op misdaad.”
Misdaad die gepaard gaat met geweld?
“Nee, het is een heel aparte vorm van misdaad, bekend als de Nigerian connection. De Nigeriaanse maffia verdient miljoenen met haar wereldwijde e-mailfraude. U kent dat wel, die phishing-berichten waarmee ze argeloze westerlingen ervan proberen te overtuigen hen een smak geld toe te sturen. Het ligt er altijd vingerdik op, maar blijkbaar zijn er hier nog genoeg goedgelovige zielen die er met open ogen intuinen.”
Tekst: (c) Jan Stevens
Foto’s: (c) Veerle Van Hoey