Waarom producten minder lang meegaan dan vroeger
Sommige elektronicaproducenten houden hun verkoop op peil dankzij het concept van ‘geplande veroudering’. Ze bouwen hun toestellen zo dat ze na de garantieperiode versneld stuk gaan, waardoor de kassa gegarandeerd blijft rinkelen en de afvalberg gestaag groeit.
Het leek alsof de duivel ermee gemoeid was: precies twee maanden na het verstrijken van de garantieperiode begaf onze mini stereo het. “Wat een pech”, sprak de vriendelijke mijnheer van de dienst-na-verkoop aan de telefoon. “Herstellen kost te veel, vrees ik. Misschien moet u de aankoop van een nieuw toestel overwegen. We hebben er toevallig een paar in de aanbieding.”
“Shit happens”, zegt de Duitse bedrijfseconoom Stefan Schridde. “Al is de kans groot dat uw stereoketen geprogrammeerd was om na twee jaar kapot te gaan.”
Vanuit zijn thuisstad Berlijn strijdt Schridde tegen het concept van ‘geplande veroudering’, of “de trucs en methodes van elektronicafabrikanten om de gebruiksduur van toestellen te verkorten waardoor de consument geneigd is sneller een nieuw exemplaar aan te kopen.” Op zijn site ‘Murks? Nein danke!’ – ‘Knoeiwerk? nee bedankt!’ – verzamelt hij klachten van consumenten over huishoudelijke apparaten die lang voor het verstrijken van hun vervaldatum de geest geven. Zo getuigt ene Gerd over de faliekant afgelopen aankoop van een handmixer van een gedegen Duits merk. “In januari 2010 liet mijn oude DDR-handmixer na twintig jaar trouwe dienst het afweten”, schrijft hij. “Vier maand later kocht ik de MF Q3580 en kneedde daarmee elke week deeg om brood te bakken.” Twee en een half jaar later, in oktober 2012, gaf de MF Q3580 geen kik meer. “Die nieuwe handmixer blijkt een ordinair wegwerptoestel te zijn”, concludeert Gerd verontwaardigd. “Hoe zit het eigenlijk met de bescherming van ons leefmilieu?”
‘Toner is leeg’
‘Geplande veroudering’ lijkt de laatste jaren een steeds hogere vlucht te nemen. Onderzoek van de Arizona State University toont aan dat tussen 1985 en 2010 de levensduur van desktop computers van gemiddeld 10,7 jaar tot 3,5 jaar verminderd is. In maart 2010 maakte Apple bekend dat de batterijen in iPads vastgelijmd zitten en niet vervangen kunnen worden. Van zodra de batterij van hun iPad versleten is, rest er voor gebruikers maar een alternatief: een nieuwe kopen. Makers van laser- of inkjetprinters hebben ook goed begrepen hoe ze hun argeloze cliënteel nodeloos op kosten kunnen jagen. Vrij snel na de installatie van een verse toner begint er een lampje te flikkeren: ‘toner is leeg.’ Ervaren gebruikers weten dat ze zich van die boodschap niets moeten aantrekken en nog wekenlang onbezorgd kunnen printen. Onervaren angsthazen hebben niet door dat hun printer geprogrammeerd is om veel te vroeg alarm te slaan. Lithiumbatterijen in gsm’s hebben dan weer een elektronische ingebouwde drempel om oververhitting tijdens het laden te voorkomen. Sommige fabrikanten stellen die drempel bewust te laag in waardoor de batterijen vaker moeten opladen en vlugger verslijten.
“Verschillende onderzoeken tonen zwart op wit aan dat nogal wat producten veel minder lang meegaan dan vroeger”, zegt Jan Moers van de consumentenvereniging Testaankoop. “Een aantal bedrijven geeft het ook impliciet toe en af en toe duiken er klokkenluiders op die de vuile was buitenhangen.”
Is ‘geplande veroudering’ een recent fenomeen? Moers: “Toch niet. Begin twintigste eeuw zorgden producenten er al voor dat hun artikelen niet te oud werden. Zo maakten in 1925 de fabrikanten van gloeilampen in het geniep een wereldwijde afspraak dat hun lampen niet langer dan duizend uur mochten branden terwijl ze in werkelijkheid jaren konden meegaan.”
Wielen van de industrie
Tijdens de Grote Depressie in de jaren dertig zagen veel Amerikaanse ondernemers heil in ver doorgedreven ‘geplande veroudering’ of ‘planned obsolescence’ om zo de economie uit het slop te halen. Volgens vastgoedmakelaar Bernard London verzorgden zijn landgenoten hun oude auto’s te goed. In 1932 schreef hij het pamflet Ending the Depression through Planned Obsolescence waarin hij een vurig pleidooi hield voor een wettelijke beperking op de gebruiksduur van producten en een extra belasting eiste voor al wie die termijn overschreed. “Nieuwe producten moeten constant uit de fabrieken rollen”, schreef hij. “Zo draaien de wielen van de industrie op volle toeren en is er werk voor iedereen.”
“Geplande veroudering is een totaal verkeerde strategie om de economie te laten groeien”, zegt Jan Moers. “Ze dwingt de consument om alweer een nieuw apparaat te kopen en legt een onaanvaardbare druk op het milieu. Het is onverantwoord om van bijvoorbeeld smartphones wegwerpproducten te maken. In zo’n toestel zitten zeldzame grondstoffen én schadelijke materialen. Het zou een goede zaak zijn als de wettelijke garantie voor elektronische apparaten van twee jaar uitgebreid wordt tot vijf jaar. Dan heeft de consument alvast de zekerheid dat zijn nieuw toestel minstens vijf jaar zal meegaan.”
© Jan Stevens