“‘Het zit te diep’, zei hij. ‘Ik ben dood vanbinnen'”

Drie dagen nadat Nathan Verhelst na een aantal mislukte geslachtsoperaties euthanasie kreeg, zitten een paar van de mensen die hem het nauwst aan het hart lagen er verslagen bij. Greta Claessens, Marisol Mesot, Jessica Peeters en Roel Nollet brachten zijn laatste momenten met hem door en begeleidden hem maandag naar zijn finale injectie.

 

“Die laatste tocht naar Brussel was geen enkeltje naar het executielokaal”, zegt reportagemaker Roel Nollet die Nathan Verhelst (44) de voorbije maanden met een camera volgde. “Al noemde hij onze laatste maaltijd samen wel zijn galgenmaal. Zijn vrienden hadden liefst dat hij bleef en hebben er alles aan gedaan om hem op andere gedachten te brengen. Toen dat niet hielp, zijn ze meegegaan in zijn verhaal in de hoop dat hij zich onderweg zou bedenken. In de auto hebben we een paar keer gevraagd: ‘Zullen we terugkeren?’ Het bleef nee tot het bittere einde.”

Jessica Peeters leerde Nathan Verhelst kennen in een praatgroep van transgenders. “Eind 2009 zat ikzelf middenin mijn transitie van man naar vrouw. Nathan vertelde me dat de chirurg hem beloofd had dat zijn borsten na één operatie volledig verwijderd zouden zijn. Dat bleek achteraf niet het geval. Daarna heeft hij nog drie operaties aan zijn borst moeten ondergaan. Als ik problemen heb, trek ik me terug in een hoekje. Maar Nathan begon dan meteen rond te bellen, op elk moment van de dag en nacht. Door de hormonenkuur en de operaties voelde ik me zelf niet goed en heb ik die telefoongesprekken afgeweerd. Nu heb ik daar spijt van en vraag ik me af of ik niet meer tijd voor hem had moeten vrijmaken. Al zou dat waarschijnlijk niet geholpen hebben. Hij was niet te vermurwen. Vlak voor zijn dood wou hij per se nog een dag naar Blankenberge. Toen hij een jaar of tien was ging hij daar elk jaar met zijn familie naartoe. Twee jaar geleden is zijn papa gestorven en gecremeerd. Hij had toen een deel van de as gekregen en zaterdag heeft hij die van op de pier in zee uitgestrooid.”

Roel: “Dat was een heel speciaal moment.”

Jessica: “Op weg naar huis zei hij: ‘Maandagmiddag gaan we toch iets eten voor ik naar het ziekenhuis in Jette ga?’ Ik ken een fijn restaurant in de buurt van Vilvoorde en belde om een tafel te reserveren. ‘Zijn jullie maandag open?’ vroeg ik. ‘Vanaf twaalf uur”, antwoordde het meisje aan de andere kant van de lijn. Nathan vond dat te laat: ‘Om twee uur moet ik in het ziekenhuis zijn. Leg maar uit waarvoor het is.’ Dat durfde ik niet. Ik belde terug, zei dat het etentje voor een speciale gelegenheid was en vroeg of we niet eerder konden reserveren. Half twaalf was oké. Afgelopen maandag stonden we er exact op tijd op de parking. Het is een prachtige locatie, met een schitterende tuin vol bloemen. Op het grote, lege terras zaten twee kelners rustig een sigaretje te roken en te wachten op twaalf uur. ‘We hadden toch afgesproken dat we vroeger binnen mochten?’ Ze begonnen zich op te winden: ‘Nee, pas vanaf twaalf uur.’ Ik werd ook kregelig. ‘Die jongen daar in trainingspak pleegt om twee uur euthanasie.’ Ze keken me met grote ogen aan. ‘Kom dan maar binnen.’ En ze gaven ons de mooiste tafel van het terras. Heel de tijd scheen de zon op Nathan zijn gezicht. Het eten was lekker en de bediening uitstekend. Vlak voor ons vertrek kwamen ze ons sterkte wensen.”

Roel: “Je zei daarnet: euthanasie plegen. Dat klinkt als zelfmoord plegen. In België heb je geen recht op euthanasie, maar heb je wel recht op een verzoek tot euthanasie. Als de dokter je verzoek niet inwilligt, kun je het vergeten. Nathan moest drie dokters vinden. Zijn verzoek werd zeer snel ingewilligd door zijn huisarts, door Wim Distelmans en door een psychiater die na tien minuten al doorhad dat het ernst was. Daarna hebben ze een maandenlang traject gevolgd; ze zijn zeker niet over een nacht ijs gegaan.”

Jessica: “Maar het einde vond ik zo kil. Hoe hij in dat ziekenhuis eerst net als alle ‘normale’ patiënten een nummer moest trekken, de lift moest nemen en in die steriele ziekenhuiskamer terecht kwam.”

 

Tot op het laatste moment zijn jullie blijven vragen of hij verder wou blijven leven?

Jessica: “Ik heb het maandag maar een keer gevraagd, in het restaurant. Hij wou er echt mee doorgaan. Ik was bang dat we zijn hoofd helemaal op hol zouden brengen als we zouden beginnen smeken: ‘Nathan, je kan ermee stoppen. Je hoeft het niet te doen.’

Marisol Mesot: “Hij zei dat hij 300% vastberaden was.”

Jessica: “Al heb ik nog altijd het gevoel dat we te weinig gedaan hebben.”

Greta Claessens: “Nee, we hebben ons uiterste best gedaan. Zeker weten. Bij die jongen voelde ik me onmiddellijk thuis. Ik kon met hem praten, ik zag hem graag. Maar hij heeft zoveel miserie meegemaakt. Hij zat vol frustratie en haat. Als hij over vroeger sprak, waren zijn ogen poelen van verdriet. Nathan was een goede jongen. Hoe vaak heb ik hem niet gezegd: ‘Denk er nog eens over na. Je hebt toch vrienden bij wie je altijd welkom bent?’ ‘Het zit te diep, Greta’, zei hij. ‘Het gaat niet meer. Ik ben op. Ik ben dood vanbinnen.’”

 

Hij heeft zijn eigen dood minutieus voorbereid?

Marisol: “Tot in de puntjes. De laatste weken had hij de sleutel van mijn flat. Ik wou niet dat hij alleen tussen kartonnen dozen sliep. Zijn laatste nacht sliep hij bij mij. Hij heeft me de hele nacht vastgehouden. Ik vroeg hem: ‘Ben je niet bang voor morgen?’ ‘Ik verlang naar de dood’, zei hij. ‘Ik wil zonder pijn zijn en sterven. Morgen heb ik eindelijk rust.’ Ik vroeg: ‘Zou je niet willen verder blijven leven als je de vrouw van je leven tegenkwam?’ Maar nee, zelfs dan niet. Hij kon de lichamelijke en emotionele pijn niet langer aan. Die nacht vertelde hij me dat hij al van zijn zestiende dood wou. Bij mijn weten heeft hij nooit zelfmoord proberen plegen, maar ik ben er zeker van dat hij het wel gedaan zou hebben als zijn verzoek tot euthanasie was afgewezen.”

Roel: “Hij had alle medicijnen in huis; hij moest alleen nog de ingrediënten voor de cocktail mixen. Zijn psychologe vroeg hem of hij niet bang was dat het zou mislukken. Zij heeft hem de weg naar euthanasie getoond.”

Jessica: “Op 26 november werd hij geopereerd en kreeg hij een penis. Voor hem was dat ‘de grote operatie’, maar ze is totaal mislukt. Het resultaat was afschuwelijk.”

Marisol: “Het ging daarna van kwaad naar erger. De echte doodsteek kreeg hij toen de chirurg hem op zijn rug klopte en zei: ‘Jongen, het leven is toch meer dan een penis alleen?’ Toen is Nathan helemaal gecrasht. Maar eigenlijk is het van bij de start al misgegaan. Van bij zijn geboorte is hij door zijn moeder verstoten.”

Greta: “Hij zei: ‘Ik kon nooit iets goed doen voor mijn mama en ik zag haar graag.’ Toen hij groter was, kocht hij bloemen voor haar. Ze zette die in een vaas en twee minuten later kreeg hij kletsen rond zijn oren.”

 

Roel, jij volgde Nathan als journalist. Hoe lastig was het om heel de tijd afstandelijk te blijven?

Roel: “Vaak vroeg hij: ‘Roel, wat denk jij nu?’ Ik antwoordde altijd dat ik vooral bezig was met hoe ik zijn verhaal later zou vertellen. Maar natuurlijk kon ik niet blijven rationaliseren. Ik heb nu zelf gezien dat ondraaglijk psychisch lijden bestaat. Ik stond erbij en ik keek ernaar. Soms speelde ik advocaat van de duivel: ‘Waarom geef je het op?’ Hij reageerde dan met: ‘Ik weet wel dat er mensen zijn die me zien als een mislukkeling, maar dat kan me niets meer schelen. Ik stop ermee.’”

Marisol: “Niets kon zijn pijn verzachten, geen enkel middel. Zijn broers hebben hem als kind meermaals verkracht en later hebben ze hem verstoten. Ze hebben hem zo helemaal om zeep geholpen. En toch heeft hij hier zondagavond nog alles zitten regelen. ‘Die brief is voor mijn mama. Die brieven zijn voor mijn broers. Deze envelop is voor mijn huisbaas. De huur voor oktober zit er in.’ Telenet, Electrabel, de verzekering voor zijn auto, alles heeft hij afgehandeld. Ik vond dat zo bewonderenswaardig. Zou jij nog een maand huishuur betalen als je weet dat je ’s anderendaags sterft?”

 

Hoe hebben jullie maandag afscheid van hem genomen?

Marisol: “Ik ben niet mee naar Brussel gegaan. Ik kon het niet. Ik kon niet met hem vertrekken en in een lege auto terugkomen. Ik heb hem een krans met witte bloemen meegegeven. Hij heeft geen moment getwijfeld en is vertrokken. Ik hoopte nog dat de auto rechtsomkeer zou maken. Vergeefs.”

Roel: “In het restaurant kreeg hij tijdens het dessert de slappe lach om een domme mop. Ik vroeg: ‘Je kan dus nog plezier vinden in het leven?’ Hij zei: ‘Ik lach omdat andere mensen lachen. Diep vanbinnen vind ik het allesbehalve plezierig.’”

Marisol: “We hebben hem zo hard laten voelen dat zoveel mensen hem graag zien, maar hij was vastbesloten. Maandag was een stralende dag. Hij zei: ‘Wat als je niet meer voelt dat de zon schijnt?’”

 

© Jan Stevens

Vergelijkbare berichten