Chemische affiniteiten
Chemische affiniteiten, Gaia Coltorti, Lebowski (originele titel: Le affinità alchemiche), 352 blz., 19,90 euro.
“Weet je nog? Jullie waren niet meer dan twee middelbare scholieren die de liefde hadden bedreven, en nu sliep ze.”
Nog maar eenentwintig is Gaia Coltorti nu, en ze schreef de laatste zin van haar debuut Chemische affiniteiten toen ze amper zeventien was. Nog voor ze van start gaat, citeert ze Shakespeare en zorgt daardoor, waarschijnlijk onbewust en onbedoeld, voor achterdocht bij de verwende kritische lezer. Is Coltorti het zoveelste gehypte literaire kindsterretje? Een ongelukkig meisje met een beugel en een Shakespearecomplex? Al is dat citaat uit Romeo en Julia alleszins intrigerend: ‘Is er ooit een boek geweest dat zo’n abjecte inhoud had en zo goed was ingebonden?’, en blijkt het na lezing van Chemische affiniteiten de lading verrassend goed te dekken.
In het eerste hoofdstuk maken we kennis met Giovanni en Selvaggia, twee jonge geliefden in Verona. Als lezer op middelbare leeftijd ga je mee in Coltorti’s beschrijving van de grote hartstocht tussen twee middelbare scholieren; de herinneringen aan allesverzengende kalverliefdes toveren zelfs een glimlach op je gezicht. Tot Coltorti je met de laatste zin van dat eerste hoofdstuk bruusk laat opschrikken uit je dagdroom en je met beide voeten stevig op de grond zet. Chemische affiniteiten is een fraai debuut over een onmogelijke liefde. Alleen moet Coltorti leren om wat meer darlings zonder mededogen te killen. Zo spreekt ze haar hoofdpersonage Giovanni aan met ‘je’. In een verhaal of een recensie werkt zoiets; in een roman wordt het een gimmick die na een paar honderd bladzijden enerveert.
© Jan Stevens