Maanstorm
Maanstorm, Antonio Munõz Molina, De Geus (originele titel: El viento de la luna), 304 blz., 21,50 euro
“Tijdens het aftellen wacht je vol ongeduld en spanning op een explosie die iets van een ramp zal hebben, maar na de nul gebeurt er niets.”
In het uitstekende autobiografische Maanstorm keert de Spaanse schrijver Antonio Munõz Molina terug naar de zomer van 1969, naar zijn jeugd in het Andalusische boerendorp Mágina. Terwijl de astronauten van de Apollo 11 zich klaarmaken om hun eerste stappen op de maan te zetten, maakt Molina’s vader zich zorgen over zoonlief, die in plaats van mee te werken op het land, liever met de neus in de boeken zit. Voor de dertienjarige jongen lijkt het alsof het leven in het door paters en pastoors gedomineerde Mágina altijd hetzelfde zal blijven, toch hangt er verandering in de lucht. Die verandering wordt belichaamd door Molina’s lentefrisse tante Lola, die met haar voorliefde voor elektrische huishoudtoestellen, haar rinkelende armbanden, klikkende hoge hakken en zwoele parfum, de stank van de mest en de zweetgeur van de noeste arbeid op het land verdrijft. De boeken over wetenschap die de jongen leest, zoals over Darwins reis met de Beagle, vormen dan weer een rationeel tegenwicht tegen de katholieke dogma’s die zijn priester-leraars er met de vuisten in proberen te rammen. Op een mooie zondag zweert de jonge Molina zijn geloof radicaal af, en zonder dat zijn godvrezende ouders het weten, ruilt hij de mis in voor een door de kerkcensor ten strengste verboden filmvertoning.
© Jan Stevens