‘Alleen een gek is de hele tijd gelukkig’

In zijn boek De kunst van goed leven trekt gelukszoeker Rolf Dobelli fel van leer tegen de geluksindustrie. ‘‘Niet omdat ik daar lol aan beleef, maar omdat ik verdorie gelijk heb. In plaats van te streven naar geluk, moeten we streven naar zo weinig mogelijk ongeluk.”

 

Bazel (1)

In de brasserie van Grand Hotel Les Trois Rois in het Zwitserse Bazel wordt het getinkel van het tafelzilver gedempt door het Perzisch tapijt. “Hier wou ik al lang de benen eens onder tafel schuiven”, zegt Rolf Dobelli, Zwitsers zakenman en schrijver van het kersverse De kunst van goed leven. “Een voortreffelijke lunch in een uitstekend restaurant in aangenaam gezelschap is altijd fijn. Zeker als de uitgeverij de rekening betaalt.” Hij lacht en heft het glas spuitwater om een toost uit te brengen op het goede leven. Dobelli studeerde fil

osofie en werkte in de jaren negentig als CEO van verschillende dochterfirma’s van het in 2001 ter ziele gegane Swissair. ‘In die periode leerde ik Sabena kennen’, zegt hij. ‘Jullie nationale luchtvaartmaatschappij was pas overgenomen door Swissair. Ik herinner me vooral de moeilijke onderhandelingen met de vakbonden. Zij stonden ultrasterk en lieten niet aan hun macht tornen. Wat is er eigenlijk met dat trotse Sabena gebeurd? Failliet? De naam is ook verdwenen? Doodjammer.’

Na zijn avonturen bij Swissair richtte Dobelli vlak voor de millenniumwissel samen met een paar vrienden het dotcombedrijf getAbstract op waar hij fortuin mee maakte. Vandaag vult hij zijn dagen met het schrijven van columns en boeken. Van zijn in 2013 verschenen De kunst van het heldere denken gingen wereldwijd miljoenen exemplaren over de toonbank. Hij baarde toen flink wat opzien met zijn stelling dat de dagelijkse overvloed aan nieuws ons denken verwart, onze creativiteit smoort en ons concentratievermogen verpest. Niet dat hij af wou van de journalistiek, integendeel, maar we moesten volgens hem wel dringend af van onze dwangmatige verslaving aan de niet aflatende online-nieuwsstroom. Ook in De kunst van goed leven schopt hij graag tegen heilige huisjes aan. Zo trekt hij fel van leer tegen de alom verspreide wijsheid dat we het geluk diep in onszelf zullen vinden. “Van alle kanten wordt ons toegeroepen: ‘Volg je gevoel! Duik diep in je ziel en keer je innerlijke leven binnenstebuiten!’ Mijn gouden raad: begin er niet aan.”

 

Geen geluksgoeroe

Waarom mogen we niet op zoek naar onze diepste zielenroerselen?

Rolf Dobelli: “Omdat dat complete nonsens is. De voorbije tweehonderd jaar is Europa geteisterd door een ziekte: de romantiek. Je kent dat romantische idee wel dat propageert dat je emoties het ideale kompas zijn voor je leven. Dat zij je vertellen wat goed en fout is. Het enige wat jij dan moet doen, is heel goed naar je gevoelens luisteren. Bullshit. Mensen raken verblind door dat romantische geleuter en schatten daardoor zichzelf maar ook anderen fout in. Ze verliezen de lange termijn in hun leven uit het oog, want emoties gaan zo goed als altijd over hier en nu.”

 

Mag ik je een geluksgoeroe noemen?

“Help, nee! (lacht) De geluksindustrie draait op volle toeren en daarom wou mijn uitgever het woord ‘geluk’ graag ook op het omslag. Terwijl ik in werkelijkheid niet echt op die emotie focus. Ik heb het vooral over hoe we een goed leven kunnen leiden. Het ‘goede leven’ is een filosofisch begrip dat 2.500 jaar oud is; geluk is dan weer een relatief jong gevoel. De kunst van goed leven leert je niet hoe je zeven dagen op zeven gelukkig kan zijn. Constant gelukkig zijn, is onmogelijk. Alleen een gek is de hele tijd gelukkig. Een goede start voor een goed leven is zoveel mogelijk ongeluk proberen vermijden. Het helpt als je je best doet om in niet al te grote shit te stappen. Investeerders hebben het over de ‘downside’ en de ‘upside’. De downside vertegenwoordigt dan alle mogelijke negatieve resultaten van een investering en de upside al het mogelijke positieve. In het leven heb je ook ultieme ups en downs. Mijn advies: concentreer je op de downside en focus je niét op de upside. Die komt wel vanzelf. Want het is quasi onmogelijk om te bepalen wat een garantie is voor een goed leven. Maar we kennen wel de factoren die een goed leven verhinderen. Want we weten allemaal wat ons de dieperik in duwt: alcoholisme, drugs, chronische stress, geluidsoverlast, files, een rotjob, werkloosheid, een slechte relatie, armoede, zware schulden, eenzaamheid, haat, gezeur… Dus moeten we ons best doen om die grote valkuilen te vermijden. Alles wat ons dan nog overkomt, kan enkel goed zijn.”

 

Is dat niet te gemakkelijk? Sommige mensen lijken wel voorbestemd voor een bestaan vol miserie. En het leven eindigt voor iedereen even slecht.

“Het leven eindigt inderdaad voor iedereen even onfortuinlijk. En elke mens krijgt op zijn levenspad een portie ellende te verwerken, ook al doet hij nog zo hard zijn best om dat te vermijden. Het allereerste wat je moet doen, is accepteren dat je ooit zal sterven. Het is zinloos om daarover te beginnen piekeren, want je kan daar toch niets tegen ondernemen.”

 

Moet we onze eigen dood dan maar gewoon vergeten?

“Helemaal niet, het is zelfs goed om erover na te denken. Eén zekerheid heb je: je laatste minute op aarde zullen niet fijn zijn. De oude stoïcijnse Romeinse wijsgeer Seneca wist al: leven is leren sterven. Door de dood een blijvend plekje in je achterhoofd te geven, verlies je nooit uit het oog hoe belangrijk het leven hier en nu is. Onze passage op aarde is kort, maak er dus het allerbeste van en verknoei zo weinig mogelijk tijd. Reken af met de onzin en concentreer je op wat er écht toe doet. Ik kan me niet voorstellen dat er mensen op deze planeet rondlopen die zich nog nooit afgevraagd hebben hoe ze moeten leven om een zinvol en goed bestaan te leiden. Maar ik daag je uit: stap de eerste de beste universiteit binnen en vraag aan de professor filosofie van dienst: ‘Hoe moet ik mijn leven leiden?’ Hij zal je vol verwarring aanstaren en je doorverwijzen naar een psychater. Ik vind dat schrijnend, want in de oudheid en de middeleeuwen stond in de filosofie de vraag centraal hoe een mens zijn leven dient te leiden. Vandaag kunnen geleerde filosofen je perfect uitleggen wat hun hooggeleerde voorganger Ludwig Wittgenstein bedoelde op bladzijde 512 van zijn Tractatus Logico-Philosophicus, maar ze hebben geen antwoord op de simpele vraag: wat is de essentie van een goed leven?”

 

Overdrijf je niet? De hedendaagse Duitse filosoof Wilhem Schmid schreef òòk een paar bestsellers over levenskunstfilosofie.

“Natuurlijk houden een paar individuen zoals Schmid zich met de filosofie van de levenskunst bezig, maar de overgrote meerderheid van zijn vakgenoten is niet geïnteresseerd. Daarom dook ikzelf in de geschiedenis van de filosofie, op zoek naar wat ze ons over het goede leven te vertellen heeft. Tot voor kort was er de christelijke religie die ons hier in het Westen een leidraad voorhield en daarvoor waren er de grote filosofen van de oudheid. Nu is er niets meer, tenzij je het consumentisme een levensleidraad vindt. Vandaag geloven zeer veel mensen dat ze door zoveel mogelijk producten aan te schaffen meteen ook levensgeluk kopen. Online shoppen zorgt voor een extra versnelling: met een simpele muisklik kun je nu alles kopen wat je hart verlangt. Het lijkt wel het paradijs: je wenst iets en ‘s anderendaags ligt het op je deurmat. Maar diep vanbinnen weten we: consumptie is niet het pad naar een goed leven. Wat wel belangrijk is, is dat onze basisbehoeften voldaan zijn: dat we voldoende te eten hebben, een dak boven ons hoofd en een fatsoenlijk inkomen. Maar van consumeren om te consumeren worden we niet gelukkiger. Je wordt ook niet gelukkiger van miljoenen op de bank.”

 

In je boek citeer je wel heel vaak instemmend multimiljardair Warren Buffett.

“Ik pleit schuldig. (lacht) Ik citeer zelfs nog meer Buffetts zakenpartner en eveneens miljardair Charlie Munger. Ik hou van hen omdat zij de moderne vertegenwoordigers zijn van het stoïcisme of de stoa, mijn favoriete filosofische stroming. Warren Buffett is de Seneca van nu. Seneca leefde in Jezus’ tijd en had zijn schaapjes op het droge, net als Buffett. Net als Seneca hebben Warren Buffett en Charlie Munger ondanks hun vele geld geen last van een groot ego. Ze baden niet in weelderige luxe in een degoutant groot paleis. Buffett en Munger wonen nog steeds in het bescheiden huis dat ze jaren geleden kochten en rijden rond in sjofele auto’s. Ze laten zich niet op sleeptouw nemen door hun vele geld. De vier grondbeginselen van het stoïcisme à la Seneca én Buffett zijn heel eenvoudig. Ten eerste: aanvaard het noodlot. Soms zit het mee, soms zit het tegen. Maak je niet te druk als het op het verkeerde moment bergop- of bergafwaarts gaat, want alles kan zo weer keren. Ten tweede: alles wat je bezit en waardeert, is vergankelijk. Je huis, je auto, maar ook je gezondheid, je vrienden, je partner en zelfs je kinderen. Streef nooit bezit na, maar geniet er wel van als het lot je gunstig gezind is. Wees je er op elk moment van bewust dat alles wat jij waardevol vindt, broos en tijdelijk is. Het verstandigste is om een houding aan te nemen waarbij je ervan uitgaat dat je alles tijdelijk in bruikleen hebt. Ten derde: loop niet te jammeren, want in het leven overheerst het positieve. Ten vierde: je eigen gedachten zijn vrij en kunnen nooit van je afgenomen worden. Niemand kan de mentale vesting in je hoofd bestormen, de manier waarop je in gedachten je ongeluk, verlies en tegenslagen interpreteert.

De enige reden waarom Warren Buffett zoveel geld verdiend heeft, is omdat hij graag kapitaal vermeerdert, niet omdat hij in een kasteel wil wonen. Hij toont ons wat we eigenlijk al lang weten: in je dagelijkse werk moet je doen wat je graag doet, anders wordt je leven wel heel triest.”

 

Veel mensen leiden dus een heel triest leven?

“Dat is jammer genoeg waar. Maar wie zijn droomjob niet uitoefent en snakt naar een interessanter en beter leven, mag één ding vooral niet doen: diep in zichzelf beginnen graven naar wat zijn unieke roeping in het leven is. Ook al lezen en horen we dat tegenwoordig overal, het is gevaarlijke onzin. Mensen haten hun job en hun leven, gaan op zoek naar hun diepere ik, beginnen te mediteren en komen zo tot het besluit dat het hun roeping is om een restaurant uit te baten. Ze nemen ontslag, steken zich diep in de schulden en gaan binnen de kortste keren failliet. Of ze ontdekken de schrijver in zichzelf, knutselen een draak van een roman ineen die ze in eigen beheer uitgeven en aan de straatstenen niet kwijtraken. Wat je wel moet doen als je een rotjob hebt, is je eigen cv kritisch onder de loep nemen. Waar blink je in uit? Ben je een vaardig doe-het-zelver en heb je daar de voorbije vijf jaar ook al staaltjes van laten zien? De kans dat je dat dan ook nog eens graag doet, is vrij groot. Als je geen ingebeelde maar échte vaardigheden hebt die het gemiddelde ver overstijgen, loont het misschien de moeite om op zoek te gaan naar werk dat daarbij aansluit. Probeer je vaardigheden te perfectioneren, maar stap nooit uit je persoonlijke vaardigheidscirkel. Want dat loopt faliekant af.”

 

Waarom is het ook een slecht idee om authenticiteit na te streven?

“Eerlijk, rechtuit en authentiek zijn, klinkt goed, alleen staat het haaks op hoe we op een beschaafde en waardige manier met elkaar omgaan. Jij speelt hier jouw rol van interviewer, ik speel die van schrijver van een boek over het goede leven en beantwoord je vragen. We zijn beleefd tegen elkaar en vermijden het om authentiek uit te spreken wat we écht van elkaar vinden. Ik zal je ook niet mijn diepste angsten toevertrouwen of je mijn privéleven uit de doeken doen. Iedereen speelt zijn rol: dat is net waar onze beschaving op gegrondvest is. Stel je eens voor in wat voor een poel van ellende we zouden terechtkomen als iedereen plots authentiek wordt.”

 

Toch weerklinkt de schreeuw om authenticiteit zeer luid.

“Oorverdovend luid. Zo is het tegenwoordig zeer hip om voor authentiek leiderschap te pleiten. CEO’s en toppolitici worden in het oor gefluisterd dat ze authentieke leiders moeten zijn. In het verleden waren leiders nooit authentiek. Moderne leiders mogen best empathisch zijn, maar het is gewoon niet goed dat ze hun angsten, wensen, gedachten of verlangens zomaar eerlijk delen met al hun medewerkers. Dat werkt averechts. Ik zie het al voor me: een CEO die voor de zoveelste keer in tranen uitbarst bij het aanhoren van een iets minder bemoedigend bericht.”

 

Mentaal boekhouden

Een van je tips voor een goed leven luidt: “Betaal je parkeer- en verkeersboetes uit een spaarpot die je jaarlijks aanlegt voor het sponsoren van goede doelen zoals Artsen zonder Grenzen.”

“Ik noem dat ‘mentaal boekhouden’. Het helpt me om een goed leven te leiden, want dat hangt nauw samen met het constructief interpreteren van feiten. Hotels betaal ik liefst vooraf. Zo worden romantische weekendjes in Parijs niet om zeep geholpen door de rekening. Of ik veel parkeerboetes verzamel? Een paar per jaar. Je moet natuurlijk je eigen systeem niet misbruiken en je vrijheid ‘kopen’, maar er is toch niets mis mee om jezelf jaarlijks een keer of drie de illusie te gunnen dat je parkeerboete gratis is?”

 

Hoezo ‘gratis’? Je laat dan Artsen zonder Grenzen toch je boetes betalen?

So what? De grootste ngo die ik steun, is de Ronald McDonald House Charities Foundation (RMHC). Zij helpen zieke kinderen en hun families met opvangtehuizen. RMHC krijgt elk jaar een flinke financiële injectie van me, na aftrek van mijn verkeersboetes. Die boetes gaan naar de overheid, en met een beetje goede wil kun je dat toch ook als een goed doel beschouwen? Want belastingen en boetes komen uiteindelijk toch ten goede van de hele gemeenschap? Als er nu weer eens een parkeerboete onder mijn ruitenwisser zit, denk ik: ‘No big deal.’ Ik blijf onverstoorbaar kalm en boek ze vervolgens af van mijn rekening voor donaties. Everybody happy. (lacht)”

 

Rolf Dobelli, De kunst van goed leven, Spectrum, 384 blz., 20 euro

 

(c) Tekst: Jan Stevens

Foto: Veerle Van Hoey